aboutsummaryrefslogtreecommitdiff
path: root/nl_NL.ISO8859-1/books/handbook/serialcomms/chapter.xml
diff options
context:
space:
mode:
Diffstat (limited to 'nl_NL.ISO8859-1/books/handbook/serialcomms/chapter.xml')
-rw-r--r--nl_NL.ISO8859-1/books/handbook/serialcomms/chapter.xml3289
1 files changed, 0 insertions, 3289 deletions
diff --git a/nl_NL.ISO8859-1/books/handbook/serialcomms/chapter.xml b/nl_NL.ISO8859-1/books/handbook/serialcomms/chapter.xml
deleted file mode 100644
index b857f65349..0000000000
--- a/nl_NL.ISO8859-1/books/handbook/serialcomms/chapter.xml
+++ /dev/null
@@ -1,3289 +0,0 @@
-<?xml version="1.0" encoding="iso-8859-1"?>
-<!--
- The FreeBSD Dutch Documentation Project
-
- $FreeBSD$
-
- %SOURCE% en_US.ISO8859-1/books/handbook/serialcomms/chapter.xml
- %SRCID% 40783
--->
-<chapter xmlns="http://docbook.org/ns/docbook" xmlns:xlink="http://www.w3.org/1999/xlink" version="5.0" xml:id="serialcomms">
- <info><title>Seriële communicatie</title>
- <authorgroup>
- <author><personname><firstname>René</firstname><surname>Ladan</surname></personname><contrib>Vertaald door </contrib></author>
- </authorgroup>
- </info>
-
-
-
- <sect1 xml:id="serial-synopsis">
- <title>Overzicht</title>
-
- <indexterm><primary>seriële communicatie</primary></indexterm>
-
- <para>&unix; heeft altijd ondersteuning geboden voor seriële
- communicatie. Het is een feit dat de allereerste &unix;-machines
- afhankelijk waren van seriële kabels voor gebruikersinvoer
- en -uitvoer. De dingen zijn flink veranderd sinds de tijd dat de
- gemiddelde <quote>terminal</quote> uit een 10-tekens-per-seconde
- seriële printer en een toetsenbord bestond. Dit hoofdstuk
- beschrijft enkele manieren waarop &os; gebruik maakt van
- seriële communicatie.</para>
-
- <para>Na het lezen van dit hoofdstuk weet de lezer:</para>
-
- <itemizedlist>
- <listitem>
- <para>Hoe terminals met een &os;-systeem te verbinden;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Hoe een modem te gebruiken om naar computers op afstand
- te bellen;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Hoe het mogelijk te maken voor gebruikers op afstand om
- met een modem op een systeem aan te melden;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Hoe een systeem van een seriële console op te
- starten.</para>
- </listitem>
- </itemizedlist>
-
- <para>Veronderstelde voorkennis:</para>
-
- <itemizedlist>
- <listitem>
- <para>Weten hoe een nieuwe kernel ingesteld en
- geïnstalleerd wordt (<xref linkend="kernelconfig"/>);</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Begrijpen hoe rechten en processen in &unix; werken (
- <xref linkend="basics"/>);</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>De beschikking hebben over het technische handboek voor
- de hardware (modem of meerpoortige kaart) die gebruikt wordt
- met &os;.</para>
- </listitem>
- </itemizedlist>
- </sect1>
-
- <sect1 xml:id="serial">
- <title>Inleiding</title>
-
- <warning>
- <para>Vanaf &os; 8.0 zijn de seriële poorten
- hernoemd van
- <filename>/dev/cuadN</filename> naar
- <filename>/dev/cuauN</filename> en
- van
- <filename>/dev/ttydN</filename> naar
- <filename>/dev/ttyuN</filename>.
- &os;&nbsp;7.X gebruikers moeten de documentatie aanpassen naar
- deze wijzigingen.</para>
- </warning>
-
- <sect2 xml:id="serial-terminology">
- <title>Terminologie</title>
-
- <variablelist>
- <indexterm><primary>bits per seconde</primary></indexterm>
-
- <varlistentry>
- <term>bps</term>
-
- <listitem>
- <para>Bits per seconde: de snelheid waarmee gegevens
- verstuurd worden</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
-
- <varlistentry>
- <term>DTE</term>
-
- <listitem>
- <indexterm><primary>DTE</primary></indexterm>
-
- <para>Data Terminal Equipment (apparatuur voor
- gegevensterminal): bijvoorbeeld een computer</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
-
- <varlistentry>
- <term>DCE</term>
-
- <listitem>
- <indexterm><primary>DCE</primary></indexterm>
-
- <para>Data Communications Equipment (apparatuur voor
- gegevenscommunicatie): een modem</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
-
- <varlistentry>
- <term>RS-232</term>
-
- <listitem>
- <indexterm><primary>RS-232C-kabels</primary></indexterm>
-
- <para>EIA standaard voor hardwarematige seriële
- communicatie</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
- </variablelist>
-
- <para>Deze sectie gebruikt niet de term <quote>baud</quote>
- als er over snelheden van gegevenscommunicatie gesproken wordt.
- Baud verwijst naar het aantal elektrische toestandsovergangen
- dat binnen een tijdsperiode gemaakt mag worden,
- <quote>bps</quote> (bits per seconde) is de
- <emphasis>correcte</emphasis> term om te gebruiken (de oude
- mopperkonten schijnen zich er niet erg druk over te
- maken).</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="serial-cables-ports">
- <title>Kabels en poorten</title>
-
- <para>Om een modem of terminal met een &os;-systeem te verbinden,
- dienen een seriële poort op een computer en een kabel om
- verbinding te maken met een serieel apparaat aanwezig te zijn.
- Indien kennis over hardware en de benodigde kabel reeds
- aanwezig is, kan deze sectie veilig worden overgeslagen.</para>
-
- <sect3 xml:id="term-cables">
- <title>Kabels</title>
-
- <para>Er zijn verschillende soorten seriële kabels. De
- twee meest voorkomende types in deze context zijn
- nulmodem-kabels en standaard (<quote>rechte</quote>)
- RS-232-kabels. De documentatie van de hardware beschrijft
- het type kabel dat nodig is.</para>
-
- <sect4 xml:id="term-cables-null">
- <title>Nulmodem-kabels</title>
-
- <indexterm><primary>nulmodem-kabel</primary></indexterm>
-
- <para>Een nulmodem-kabel geeft sommige signalen, zoals
- <quote>Aardesignaal</quote> recht door, maar kruist andere
- signalen. Bijvoorbeeld, de
- <quote>Verzonden Gegevens</quote>-pin aan de ene kant gaat
- naar de <quote>Ontvangen Gegevens</quote>-pin aan de andere
- kant.</para>
-
- <para>Een nulmodem-kabel voor het gebruik met terminals kan
- ook zelf worden gemaakt (bijvoorbeeld voor
- kwaliteitsdoeleinden). Deze tabel toont de RS-232C <link linkend="serialcomms-signal-names">signalen</link> en de
- pinnummers op een DB-25-aansluiting. De standaard vereist
- ook een <emphasis>Aardebescherming</emphasis> rechte lijn
- van pin 1 naar pin 1, maar deze wordt vaak weggelaten.
- Sommige terminals werken goed met slechts pin 2, 3 en 7,
- terwijl andere instellingen eisen die afwijken van die in
- de onderstaande voorbeelden.</para>
-
- <table frame="none" pgwide="1">
- <title>DB-25 naar DB-25 nulmodem-kabel</title>
-
- <tgroup cols="5">
- <thead>
- <row>
- <entry align="left">Signaal</entry>
-
- <entry align="left">Pin #</entry>
-
- <entry/>
-
- <entry align="left">Pin #</entry>
-
- <entry align="left">Signaal</entry>
- </row>
- </thead>
-
- <tbody>
- <row>
- <entry>SG</entry>
-
- <entry>7</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>7</entry>
-
- <entry>SG</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>TD</entry>
-
- <entry>2</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>3</entry>
-
- <entry>RD</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>RD</entry>
-
- <entry>3</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>2</entry>
-
- <entry>TD</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>RTS</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>5</entry>
-
- <entry>CTS</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>CTS</entry>
-
- <entry>5</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>RTS</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DTR</entry>
-
- <entry>20</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>6</entry>
-
- <entry>DSR</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DTR</entry>
-
- <entry>20</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>8</entry>
-
- <entry>DCD</entry>
- </row>
- </tbody>
- </tgroup>
- </table>
-
- <para>In de onderstaande tabellen volgen twee schema's die
- momenteel meer gebruikelijk zijn:</para>
-
- <table frame="none" pgwide="1">
- <title>DB-9 naar DB-9 nulmodem-kabel</title>
-
- <tgroup cols="5">
- <thead>
- <row>
- <entry align="left">Signaal</entry>
-
- <entry align="left">Pin #</entry>
-
- <entry/>
-
- <entry align="left">Pin #</entry>
-
- <entry align="left">Signaal</entry>
- </row>
- </thead>
-
- <tbody>
- <row>
- <entry>RD</entry>
-
- <entry>2</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>3</entry>
-
- <entry>TD</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>TD</entry>
-
- <entry>3</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>2</entry>
-
- <entry>RD</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DTR</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>6</entry>
-
- <entry>DSR</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DTR</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>1</entry>
-
- <entry>DCD</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>SG</entry>
-
- <entry>5</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>5</entry>
-
- <entry>SG</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DSR</entry>
-
- <entry>6</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>DTR</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DCD</entry>
-
- <entry>1</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>DTR</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>RTS</entry>
-
- <entry>7</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>8</entry>
-
- <entry>CTS</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>CTS</entry>
-
- <entry>8</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>7</entry>
-
- <entry>RTS</entry>
- </row>
- </tbody>
- </tgroup>
- </table>
-
- <table frame="none" pgwide="1">
- <title>DB-9 naar DB-25 nulmodem-kabel</title>
-
- <tgroup cols="5">
- <thead>
- <row>
- <entry align="left">Signaal</entry>
-
- <entry align="left">Pin #</entry>
-
- <entry/>
-
- <entry align="left">Pin #</entry>
-
- <entry align="left">Signaal</entry>
- </row>
- </thead>
-
- <tbody>
- <row>
- <entry>RD</entry>
-
- <entry>2</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>2</entry>
-
- <entry>TD</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>TD</entry>
-
- <entry>3</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>3</entry>
-
- <entry>RD</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DTR</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>6</entry>
-
- <entry>DSR</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DTR</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>8</entry>
-
- <entry>DCD</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>SG</entry>
-
- <entry>5</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>7</entry>
-
- <entry>SG</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DSR</entry>
-
- <entry>6</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>20</entry>
-
- <entry>DTR</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>DCD</entry>
-
- <entry>1</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>20</entry>
-
- <entry>DTR</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>RTS</entry>
-
- <entry>7</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>5</entry>
-
- <entry>CTS</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry>CTS</entry>
-
- <entry>8</entry>
-
- <entry>verbonden met</entry>
-
- <entry>4</entry>
-
- <entry>RTS</entry>
- </row>
- </tbody>
- </tgroup>
- </table>
-
- <note>
- <para>Als een pin aan het ene eind verbonden is met een
- pinnenpaar aan het andere eind, is dit meestal
- geïmplementeerd met een korte draad tussen het
- pinnenpaar in de stekker en een lange draad naar de
- andere, enkele pin.</para>
- </note>
-
- <para>Bovenstaande ontwerpen lijken het populairst. In een
- andere variatie (uitgelegd in het boek <emphasis>RS-232
- Made Easy</emphasis>) worden de volgende verbindingen
- gemaakt: SG met SG, TD met RD, RTS en CTS met DCD, DTR met
- DSR en vice-versa.</para>
- </sect4>
-
- <sect4 xml:id="term-cables-std">
- <title>Standaard RS-232C-kabels</title>
-
- <indexterm><primary>RS-232C-kabels</primary></indexterm>
-
- <para>Een standaard seriële kabel laat alle
- RS-232C-signalen recht door. Dit betekent dat de
- <quote>Verzonden Gegevens</quote>-pin aan de ene kant naar
- de <quote>Verzonden Gegevens</quote>-pin aan de andere kant
- gaat. Dit type kabel wordt gebruikt om een modem met een
- &os;-systeem te verbinden en is ook geschikt voor sommige
- terminals.</para>
- </sect4>
- </sect3>
-
- <sect3 xml:id="term-ports">
- <title>Poorten</title>
-
- <para>Seriële poorten zijn apparaten die gebruikt worden
- om gegevens te versturen tussen een &os; gastcomputer en een
- terminal. Deze sectie beschrijft de bestaande soorten
- poorten en hoe deze aangesproken worden in &os;.</para>
-
- <sect4 xml:id="term-portkinds">
- <title>Soorten poorten</title>
-
- <para>Er bestaan verschillende soorten seriële poorten.
- Controleer of een kabel past op de poorten van een terminal
- en een &os;-systeem alvorens deze te kopen of te
- maken.</para>
-
- <para>De meeste terminals hebben DB-25-poorten. PC's,
- inclusief PC's die &os; draaien, hebben DB-25- of
- DB-9-poorten. Indien een meerpoortige seriële kaart
- voor een PC beschikbaar is, kan het zijn dat er RJ-12- of
- RJ-45-poorten aanwezig zijn.</para>
-
- <para>In documentatie die bij hardware zit, staan
- specificaties over het soort poort dat gebruikt wordt.
- Vaak volstaat ook een visuele inspectie van een
- poort.</para>
- </sect4>
-
- <sect4 xml:id="term-portnames">
- <title>Poortnamen</title>
-
- <para>In &os; wordt elke seriële poort benaderd door een
- ingang in de map <filename>/dev</filename>. Er zijn twee
- verschillende soorten ingangen:</para>
-
- <itemizedlist>
- <listitem>
- <para>Inbelpoorten heten
- <filename>/dev/ttyuN</filename>
- waarbij <replaceable>N</replaceable> het poortnummer
- is, beginnend met nul. In het algemeen kunnen
- inbelpoorten voor terminals gebruikt worden.
- Inbelpoorten stellen de eis dat een seriële kabel
- ervoor zorgt dat het data carrier detect (DCD) signaal
- correct werkt.</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Uitbelpoorten heten
- <filename>/dev/cuauN</filename>.
- In het algemeen worden uitbelpoorten niet voor
- terminals maar voor modems gebruikt. Gebruik een
- uitbelpoort als een seriële kabel of terminal het
- carrier detect-signaal niet ondersteunt.</para>
- </listitem>
- </itemizedlist>
-
- <para>Als er een terminal met de eerste seriële poort
- (<filename>COM1</filename> in &ms-dos;) verbonden is,
- wordt <filename>/dev/ttyu0</filename> gebruikt om naar de
- terminal te verwijzen. Als een terminal op de tweede
- seriële poort is aangesloten (ook bekend als
- <filename>COM2</filename>), dient
- <filename>/dev/ttyu1</filename> gebruikt te worden,
- enzovoort.</para>
- </sect4>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2>
- <title>Kernelinstellingen</title>
-
- <para>&os; ondersteunt standaard vier seriële poorten. In
- de wereld van &ms-dos; staan ze bekend als
- <filename>COM1</filename>, <filename>COM2</filename>,
- <filename>COM3</filename> en <filename>COM4</filename>.
- &os; ondersteunt momenteel <quote>domme</quote> meerpoortige
- seriële interfacekaarten, zoals de BocaBoard 1008 en 2016,
- alsook intelligentere meerpoortige kaarten van fabrikanten als
- Digiboard en Stallion Technologies. De kernel kijkt echter
- alleen naar de standaard COM-poorten.</para>
-
- <para>Bekijk de boodschappen tijdens het opstarten van de kernel
- om te zien of de kernel seriële poorten herkent of gebruik
- het commando <command>/sbin/dmesg</command> om de
- opstartboodschappen van de kernel te herhalen. Kijk in het
- bijzonder naar boodschappen die met de tekens
- <literal>uart</literal> beginnen als u &os;&nbsp;8.0 of nieuwer
- gebruikt, of <literal>sio</literal> voor &os;&nbsp;7.4 of ouder.</para>
-
- <tip>
- <para>Gebruik het volgende commando om alleen de boodschappen
- die het woord <literal>sio</literal> bevatten te zien:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>/sbin/dmesg | grep 'uart'</userinput>
-&prompt.root; <userinput>/sbin/dmesg | grep 'sio'</userinput></screen>
- </tip>
-
- <para>Voor bijvoorbeeld een &os;&nbsp;7.<replaceable>X</replaceable>
- systeem met vier seriële poorten zijn dit de opstartboodschappen van de
- kernel die specifiek zijn voor de seriële poorten:</para>
-
- <screen>sio0 at 0x3f8-0x3ff irq 4 on isa
-sio0: type 16550A
-sio1 at 0x2f8-0x2ff irq 3 on isa
-sio1: type 16550A
-sio2 at 0x3e8-0x3ef irq 5 on isa
-sio2: type 16550A
-sio3 at 0x2e8-0x2ef irq 9 on isa
-sio3: type 16550A</screen>
-
- <para>Als een kernel niet alle seriële poorten herkent, dan
- dient waarschijnlijk de kernel aangepast te worden in het
- bestand <filename>/boot/device.hints</filename>. Het is ook
- mogelijk regels uit te schakelen of volledig te verwijderen
- voor apparaten die niet aanwezig zijn.</para>
-
- <para>Zie de hulppagina &man.sio.4; voor meer informatie over het
- instellen van seriële poorten en meerpoortige kaarten.
- Bij gebruik van een instellingenbestand dat eerder voor een
- andere versie van &os; werd gebruikt is voorzichtigheid geboden
- omdat de apparaatvlaggen en de syntaxis tussen de versies
- veranderd zijn.</para>
-
- <note>
- <para><literal>port IO_COM1</literal> is een substitutie voor
- <literal>port 0x3f8</literal>, <literal>IO_COM2</literal> is
- <literal>0x2f8</literal>, <literal>IO_COM3</literal> is
- <literal>0x3e8</literal> en <literal>IO_COM4</literal> is
- <literal>0x2e8</literal>, welke redelijk algemene
- poortadressen zijn voor hun overeenkomstige seriële
- poorten. Interrupts 4, 3, 5 en 9 zijn redelijk algemene
- interruptlijnen. Reguliere seriële poorten kunnen
- <emphasis>geen</emphasis> interrupts delen op ISA-bus-PC's
- (meerpoortige kaarten hebben elektronica die alle 16550A's op
- een kaart in staat stellen om één of twee
- interruptlijnen te delen).</para>
- </note>
- </sect2>
-
- <sect2>
- <title>Speciale apparaatbestanden</title>
-
- <para>De meeste apparaten in de kernel worden benaderd met
- <quote>speciale apparaatbestanden</quote> die in de map
- <filename>/dev</filename> staan. De apparaten
- <filename>sio</filename> worden benaderd met de apparaten
- <filename>/dev/ttyuN</filename>
- (inbellen) en
- <filename>/dev/cuauN</filename>
- (uitbellen). &os; biedt ook initialisatie-apparaten
- (<filename>/dev/ttyuN.init</filename>
- en
- <filename>/dev/cuauN.init</filename>)
- en slotapparaten
- (<filename>/dev/ttyuN.lock</filename>
- en
- <filename>/dev/cuadN.lock</filename>).
- De initialisatie-apparaten worden gebruikt om telkens als een
- poort wordt geopend de parameters van de communicatiepoorten te
- initialiseren, zoals <literal>crtscts</literal> voor modems die
- gebruik maken van <literal>RTS/CTS</literal>-signalering voor
- gegevensstroombeheer. De slotapparaten worden gebruikt om
- vlaggen op poorten op slot te zetten om te voorkomen dat
- gebruikers of programma's bepaalde parameters veranderen. In
- de hulppagina's &man.termios.4;, &man.sio.4; en &man.stty.1;
- staat informatie over respectievelijk terminalinstellingen,
- apparaten op slot zetten en initialiseren en terminalopties
- instellen.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="serial-hw-config">
- <title>De seriële poort instellen</title>
-
- <indexterm><primary><filename>ttyu</filename></primary></indexterm>
-
- <indexterm><primary><filename>cuau</filename></primary></indexterm>
-
- <para>Het apparaat
- <filename>ttyuN</filename> (of
- <filename>cuauN</filename>) is
- het gebruikelijke apparaat dat geopend dient te worden voor de
- applicaties. Wanneer een proces het apparaat opent, heeft het
- een standaardverzameling aan terminal I/O-instellingen. Bekijk
- deze instellingen met het volgende commando:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>stty -a -f /dev/ttyu1</userinput></screen>
-
- <para>Als de instellingen van dit apparaat veranderd worden,
- blijven de instellingen geldig totdat het apparaat gesloten
- wordt. Als het heropend wordt, gaat het terug naar de
- standaardverzameling. Om de standaardverzameling te
- veranderen, dient het apparaat voor de <quote>initiële
- toestand</quote> geopend te worden en die instellingen
- veranderd te worden. Om bijvoorbeeld de
- <option>CLOCAL</option>-modus, 8-bits-communicatie en
- <option>XON/XOFF</option>-gegevensstroombeheer voor apparaat
- <filename>ttyu5</filename> standaard aan te zetten:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>stty -f /dev/ttyu5.init clocal cs8 ixon ixoff</userinput></screen>
-
- <indexterm>
- <primary>rc-bestanden</primary>
-
- <secondary><filename>rc.serial</filename></secondary>
- </indexterm>
-
- <para>De systeembrede initialisatie van de seriële apparaten
- wordt beheerd in <filename>/etc/rc.d/serial</filename>. Dit
- bestand heeft invloed op de standaardinstellingen van
- seriële apparaten.</para>
-
- <para>Om te voorkomen dat bepaalde instellingen door een
- applicatie worden veranderd, dienen wijzigingen aan het
- <quote>slottoestand</quote>-apparaat te worden aangebracht. Om
- bijvoorbeeld de snelheid van <filename>ttyu5</filename>
- vast te zetten op 57600&nbsp;bps:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>stty -f /dev/ttyu5.lock 57600</userinput></screen>
-
- <para>Nu blijft een applicatie die <filename>ttyu5</filename>
- en de snelheid van de poort probeert te veranderen zitten op
- 57600&nbsp;bps.</para>
-
- <para>Uiteraard dienen de apparaten voor de initiële
- toestand en de slottoestand alleen voor het account
- <systemitem class="username">root</systemitem> schrijfbaar te zijn.</para>
- </sect2>
- </sect1>
-
- <sect1 xml:id="term">
- <info><title>Terminals</title>
- <authorgroup>
- <author><personname><firstname>Sean</firstname><surname>Kelly</surname></personname><contrib>Bijgedragen door </contrib></author>
- <!-- 28 juli 1996 -->
- </authorgroup>
- </info>
-
-
-
- <warning>
- <para>Vanaf &os; 8.0 zijn de seriële poorten
- hernoemd van
- <filename>/dev/cuadN</filename> naar
- <filename>/dev/cuauN</filename> en
- van
- <filename>/dev/ttydN</filename> naar
- <filename>/dev/ttyuN</filename>.
- &os;&nbsp;7.X gebruikers moeten de documentatie aanpassen naar
- deze wijzigingen.</para>
- </warning>
-
- <indexterm><primary>terminals</primary></indexterm>
-
- <para>Terminals bieden een handige en goedkope manier om een &os;
- systeem te benaderen als de console van of een netwerk naar een
- computer niet beschikbaar is. Deze sectie beschrijft hoe
- terminals met &os; te gebruiken.</para>
-
- <sect2 xml:id="term-uses">
- <title>Types terminals en ze gebruiken</title>
-
- <para>De originele &unix;-systemen hadden geen consoles. In
- plaats daarvan werd er aangemeld en werden programma's via
- terminals gedraaid die verbonden waren met de seriële
- poorten van een computer. Het is goed vergelijkbaar met het
- gebruik van een modem en terminalsoftware om op een systeem op
- afstand in te bellen en werk te doen wat alleen uit tekst
- bestaat.</para>
-
- <para>De consoles van hedendaagse PC's kunnen grafische uitvoer
- van hoge kwaliteit produceren, maar de mogelijkheid om een
- aanmeldsessie op een seriële poort tot stand te brengen
- bestaat nog steeds op bijna elk hedendaags &unix;-achtig
- systeem. &os; is geen uitzondering. Door gebruik te maken van
- een terminal die aangesloten is op een ongebruikte seriële
- poort, kan er aangemeld worden en kan bijna elk tekstprogramma
- gedraaid worden dat normaalgesproken op de console of in een
- <command>xterm</command>-venster in het X Window-systeem
- gedraaid wordt.</para>
-
- <para>Een zakelijke gebruiker kan vele terminals aan een
- &os;-systeem koppelen en deze op de bureaus van medewerkers
- neerzetten. Een thuisgebruiker kan een reservecomputer, zoals
- een oudere IBM PC of een &macintosh;, met de terminal verbinden
- met een krachtigere computer die &os; draait. Op deze manier
- kan wat anders een computer voor een enkele gebruiker zou zijn,
- worden veranderd in een krachtig systeem voor meerdere
- gebruikers.</para>
-
- <para>Er zijn drie soorten terminals voor &os;:</para>
-
- <itemizedlist>
- <listitem>
- <para><link linkend="term-dumb">Domme
- terminals</link>;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para><link linkend="term-pcs">PC's die als terminals
- dienen</link>;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para><link linkend="term-x">X-terminals</link>.</para>
- </listitem>
- </itemizedlist>
-
- <para>De overige subsecties beschrijven elk van deze
- soorten.</para>
-
- <sect3 xml:id="term-dumb">
- <title>Domme terminals</title>
-
- <para>Domme terminals zijn gespecialiseerde stukken hardware
- die computers door seriële kabels kunnen verbinden. Ze
- worden <quote>dom</quote> genoemd omdat ze alleen maar tekst
- kunnen weergeven, verzenden en ontvangen. Het is niet
- mogelijk om programma's op deze terminals te draaien. De
- computer waar ze op zijn aangesloten heeft de benodigde
- kracht om tekstverwerkers, compilers, e-mail, spellen,
- enzovoort te draaien.</para>
-
- <para>Er zijn honderden soorten domme terminals gemaakt door
- vele fabrikanten, inclusief de VT-100 van Digital Equipment
- Corporation en de WY-75 van Wyse. Bijna elke soort werkt met
- &os;. Sommige terminals uit de hoogste klasse kunnen zelfs
- grafisch weergeven, maar slechts bepaalde softwarepakketten
- kunnen gebruik maken van deze geavanceerde mogelijkheden.</para>
-
- <para>Domme terminals zijn ook populair in werkomgevingen
- waarin gebruikers geen toegang tot grafische applicaties
- nodig hebben, zoals die door het X Window systeem worden
- geleverd.</para>
- </sect3>
-
- <sect3 xml:id="term-pcs">
- <title>PC's die als terminal dienen</title>
-
- <para>Indien een <link linkend="term-dumb">domme terminal</link> net genoeg
- mogelijkheden heeft om tekst weer te geven, te verzenden en
- te ontvangen, dan kan zeker elke reserve-PC een domme
- terminal zijn. De enige benodigdheden zijn de juiste kabel
- en wat <emphasis>terminal-emulatie</emphasis> software om op
- de computer te draaien.</para>
-
- <para>Zo'n opstelling is populair in thuissituaties. Indien
- bijvoorbeeld persoon A werkt op de console van een
- &os;-systeem, kan persoon B wat alleen-tekst-werk verrichten
- op een minder krachtige PC die als terminal met het
- &os;-systeem verbonden is.</para>
-
- <para>Er zijn minstens twee applicaties beschikbaar in het
- basissysteem van &os; welke gebruikt kunnen worden om te
- communiceren door een seriële connectie: &man.cu.1;
- en &man.tip.1;.</para>
-
- <para>Om een connectie op te zetten vanaf een systeem dat &os;
- draait naar een seriële connectie van een andere machine
- kan het volgende gedaan worden:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>cu -l serial-port-device</userinput></screen>
-
- <para>Hierbij is <quote>serial-port-device</quote> de naam is
- van de speciale apparaatnode die gebruikt wordt voor de
- seriële poort op het systeem. Deze bestanden heten
- <filename>/dev/cuauN</filename>.</para>
-
- <para>Het <quote>N</quote> gedeelte van de apparaatnaam is het
- nummer van de seriële poort.</para>
-
- <note>
- <para>Let op, de apparaatnummers beginnen in &os; bij nul en
- niet bij één (zoals ze bijvoorbeeld wel doen
- bij &ms-dos; gebaseerde systemen). Dit betekend dat wat
- &ms-dos; gebaseerde systemen <filename>COM1</filename>
- noemt bij &os; meestal <filename>/dev/cuau0</filename>
- genoemd wordt.</para>
- </note>
-
- <note>
- <para>Sommige mensen preferen andere programma's die
- beschikbaar zijn via de Ports Collectie. De ports
- bevatten een aantal programma's die hetzelfde kunnen
- werken als &man.cu.1; en &man.tip.1;, zoals
- <package>comms/minicom</package>.</para>
- </note>
- </sect3>
-
- <sect3 xml:id="term-x">
- <title>X-terminals</title>
-
- <para>X-terminals behoren tot de meest geavanceerde
- terminalsoort die beschikbaar is. In plaats van dat ze
- verbinding maken met een seriële poort, maken ze meestal
- verbinding met een netwerk zoals Ethernet. In plaats van
- dat ze alleen tekstapplicaties weergeven, kunnen ze elke
- X-applicatie weergeven.</para>
-
- <para>X-terminals worden slechts voor de compleetheid
- geïntroduceerd. Dit hoofdstuk behandelt echter
- <emphasis>niet</emphasis> de installatie, het instellen of
- het gebruik van X-terminals.</para>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="term-config">
- <title>Instellen</title>
-
- <para>Deze sectie beschrijft wat in te stellen op een os;-systeem
- om een aanmeldsessie op een terminal mogelijk te maken. De
- sectie gaat ervan uit dat er al een kernel is ingesteld met
- ondersteuning voor een seriële poort waar de terminal op
- is aangesloten en dat deze verbonden is.</para>
-
- <para>In <xref linkend="boot"/> staat beschreven dat het proces
- <command>init</command> verantwoordelijk is voor het beheer van
- alle processen en voor de initialisatie tijdens het opstarten
- van een systeem. Eén van de taken die door
- <command>init</command> wordt uitgevoerd is het lezen van het
- bestand <filename>/etc/ttys</filename> en het starten van een
- proces <command>getty</command> op de beschikbare terminals.
- Het proces <command>getty</command> is verantwoordelijk voor
- het lezen van een aanmeldnaam en het starten van het programma
- <command>login</command>.</para>
-
- <para>Voer volgende stappen als <systemitem class="username">root</systemitem> uit om
- terminals voor een &os;-systeem in te stellen:</para>
-
- <procedure>
- <step>
- <para>Voeg een regel aan <filename>/etc/ttys</filename> toe
- voor de ingang in de map <filename>/dev</filename> voor een
- seriële poort als deze er nog niet is;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Specificeer dat <command>/usr/libexec/getty</command>
- uitgevoerd moet worden op de poort en het juiste type
- <replaceable>getty</replaceable> van het bestand
- <filename>/etc/gettytab</filename>;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Specificeer het standaard terminaltype;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Stel de poort in op <quote>on</quote>;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Specificeer of de poort <quote>secure</quote> dient te
- zijn;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para><command>init</command> dient
- <filename>/etc/ttys</filename> opnieuw te lezen.</para>
- </step>
- </procedure>
-
- <para>Als optionele stap kan het wenselijk zijn om een eigen type
- <replaceable>getty</replaceable> aan te maken voor stap 2 door
- een ingang in <filename>/etc/gettytab</filename> te maken. Dit
- wordt hier niet beschreven. Meer informatie staat in de
- hulppagina's &man.gettytab.5; en &man.getty.8;.</para>
-
- <sect3 xml:id="term-etcttys">
- <title>Een regel aan <filename>/etc/ttys</filename>
- toevoegen</title>
-
- <para>Het bestand <filename>/etc/ttys</filename> bevat alle
- poorten op een &os;-systeem waar aanmelden is toegestaan. De
- eerste virtuele console <filename>ttyv0</filename> staat
- bijvoorbeeld in dit bestand vermeld. Met deze vermelding kan
- er op de console worden aangemeld. Dit bestand bevat ook
- vermeldingen voor de andere virtuele consoles, seriële
- poorten en pseudo-tty's. Vermeld voor een vast aangesloten
- terminal de <filename>/dev</filename>-regel van de
- seriële poort zonder het
- <filename>/dev</filename>-gedeelte
- (<filename>/dev/ttyv0</filename> wordt bijvoorbeeld
- <filename>ttyv0</filename>).</para>
-
- <para>Een standaard &os; installatie bevat een bestand
- <filename>/etc/ttys</filename> met ondersteuning voor de
- eerste vier seriële poorten:
- <filename>ttyu0</filename> tot en met
- <filename>ttyu3</filename>. Indien er aan een van deze
- poorten een terminal wordt gekoppeld is het niet nodig om een
- regel toe te voegen.</para>
-
- <example xml:id="ex-etc-ttys">
- <title>Terminalregels aan <filename>/etc/ttys</filename>
- toevoegen</title>
-
- <para>Stel dat er twee terminals verbonden moeten worden met
- een systeem: een Wyse-50 en een oude 286 IBM-PC waarop
- <application>Procomm</application> terminalsoftware draait
- dat een VT-100 terminal emuleert. De Wyse wordt met de
- tweede seriële poort verbonden en de 286 met de zesde
- seriële poort (een poort op een meerpoortige
- seriële kaart). De overeenkomstige regels in
- <filename>/etc/ttys</filename> zien er als volgt
- uit:</para>
-
- <programlisting>ttyu1<co xml:id="co-ttys-line1col1"/> "/usr/libexec getty std.38400"<co xml:id="co-ttys-line1col2"/> wy50<co xml:id="co-ttys-line1col3"/> on<co xml:id="co-ttys-line1col4"/> insecure<co xml:id="co-ttys-line1col5"/>
-ttyu5 "/usr/libexec/getty std.19200" vt100 on insecure</programlisting>
-
- <calloutlist>
- <callout arearefs="co-ttys-line1col1">
- <para>Het eerste veld specificeert normaalgesproken de
- naam van het speciale terminalbestand zoals dat in
- <filename>/dev</filename> staat.</para>
- </callout>
-
- <callout arearefs="co-ttys-line1col2">
- <para>Het tweede veld bevat het commando dat voor deze
- regel uitgevoerd moet worden, meestal is dit
- &man.getty.8;. <command>getty</command> initialiseert
- en opent een lijn, stelt een snelheid in, vraagt om een
- gebruikersnaam en draait daarna het programma
- &man.login.1;.</para>
-
- <para>Het programma <command>getty</command> accepteert
- één (optionele) parameter op de
- opdrachtregel, het type
- <replaceable>getty</replaceable>. Een type
- <replaceable>getty</replaceable> stelt karakteristieken
- op een terminallijn in, zoals de bps-snelheid en de
- pariteit. Het programma <command>getty</command> leest
- deze karakteristieken uit het bestand
- <filename>/etc/gettytab</filename>.</para>
-
- <para>Het bestand <filename>/etc/gettytab</filename>
- bevat een hoop regels voor zowel oude als nieuwe
- terminallijnen. In bijna alle gevallen werken de
- regels die met de tekst <literal>std</literal> beginnen
- voor vast aangesloten terminals. Deze regels negeren
- pariteit. Er is een <literal>std</literal>-regel voor
- elke bps-snelheid van 110 tot en met 115200. Uiteraard
- kunnen eigen regels aan dit bestand worden toegevoegd.
- De hulppagina &man.gettytab.5; biedt meer
- informatie.</para>
-
- <para>Zorg er tijdens het instellen van het type
- <replaceable>getty</replaceable> in het bestand
- <filename>/etc/ttys</filename> voor dat de
- communicatie-instellingen op de terminal ermee
- over komen.</para>
-
- <para>In bovenstaand voorbeeld gebruikt de Wyse-50 geen
- pariteit en maakt deze verbinding met 38400&nbsp;bps.
- De 286&nbsp;PC gebruikt geen pariteit en maakt
- verbinding met 19200&nbsp;bps.</para>
- </callout>
-
- <callout arearefs="co-ttys-line1col3">
- <para>Het derde veld bevat het type terminal dat
- normaalgesproken is verbonden met de tty-lijn. Voor
- inbelpoorten wordt voor dit veld normaalgesproken
- <literal>unknown</literal> of <literal>dialup</literal>
- gebruikt omdat gebruikers bijna elk type terminal of
- software gebruiken om in te bellen. Voor terminals met
- een vaste aansluiting verandert het type terminal niet,
- dus kan in dit veld een echt terminaltype uit het
- databasebestand &man.termcap.5; worden gebruikt.</para>
-
- <para>In bovenstaand voorbeeld gebruikt de Wyse-50 het
- echte terminaltype, terwijl de 286 PC die
- <application>Procomm</application> draait zo ingesteld
- wordt dat deze een VT-100 emuleert.</para>
- </callout>
-
- <callout arearefs="co-ttys-line1col4">
- <para>Het vierde veld geeft aan of de poort aan moet
- staan. Indien hier <literal>on</literal> staat, start
- <command>init</command> het programma in het tweede
- veld, <command>getty</command>, op. Indien hier
- <literal>off</literal> staat wordt
- <command>getty</command> niet uitgevoerd en kan er
- daarom niet op de poort worden aangemeld.</para>
- </callout>
-
- <callout arearefs="co-ttys-line1col5">
- <para>Het laatste veld geeft aan of de poort veilig is.
- Indien deze poort als veilig is aangemerkt betekent dit
- dat er genoeg vertrouwen is om de gebruiker
- <systemitem class="username">root</systemitem> (of iedere andere account met
- een gebruikers-id 0) aan te laten melden via deze poort.
- Onveilige poorten staan aanmelden door
- <systemitem class="username">root</systemitem> niet toe. Meld op onveilige
- poorten eerst aan een account zonder rechten en gebruik
- daarna &man.su.1; of een soortgelijk mechanisme om
- rootrechten te verkrijgen.</para>
-
- <para>Het wordt sterk aangeraden om
- <quote>insecure</quote> zelfs voor terminals achter
- gesloten deuren te gebruiken. Het is vrij gemakkelijk
- om aan te melden en <command>su</command> te gebruiken
- indien rootrechten nodig zijn.</para>
- </callout>
- </calloutlist>
- </example>
- </sect3>
-
- <sect3 xml:id="term-hup">
- <title><command>init</command> forceren om
- <filename>/etc/ttys</filename> opnieuw te lezen</title>
-
- <para>Stuur na het maken van de benodigde veranderingen aan het
- bestand <filename>/etc/ttys</filename> een SIGHUP-signaal
- (ophangen) naar het proces <command>init</command> om het te
- dwingen het instellingenbestand opnieuw te lezen:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>kill -HUP 1</userinput></screen>
-
- <note>
- <para><command>init</command> is altijd het eerste proces dat
- op een systeem gedraaid wordt, daarom heeft het altijd PID
- 1.</para>
- </note>
-
- <para>Indien alles juist is ingesteld, alle kabels juist zijn
- aangesloten en alle terminals aanstaan, draait er op elke
- terminal een proces <command>getty</command> en is er een
- aanmeldprompt zichtbaar op de terminals.</para>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="term-debug">
- <title>Problemen met een verbinding oplossen</title>
-
- <para>Zelfs met de grootste aandacht voor details kan er nog
- steeds iets mis gaan met het instellen van een terminal. Hier
- is een lijst van symptomen en mogelijke oplossingen.</para>
-
- <sect3>
- <title>Er verschijnt geen aanmeldprompt</title>
-
- <para>Controleer of de terminal is aangesloten en aan staat.
- Indien het een PC is die als terminal fungeert, controleer of
- de terminalemulatiesoftware op de juiste seriële poort
- draait.</para>
-
- <para>Controleer of de kabel stevig verbonden is met zowel de
- terminal als de &os; computer en dat de kabel van het juiste
- soort is.</para>
-
- <para>Controleer of de terminal en &os; dezelfde bps-snelheid
- en pariteit gebruiken. Indien de terminal een beeldscherm
- is, controleer dan of de video- en helderheidsniveaus zijn
- ingesteld. Indien de terminal een printer is, controleer of
- er voldoende papier en inkt aanwezig zijn.</para>
-
- <para>Controleer of er een proces <command>getty</command>
- draait dat de terminal bedient. Om bijvoorbeeld een lijst
- van draaiende <command>getty</command>-processen te
- krijgen:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>ps -axww|grep getty</userinput></screen>
-
- <para>Er zou een regel voor de terminal zichtbaar moeten zijn.
- Het volgende scherm geeft bijvoorbeeld weer dat
- <command>getty</command> op de tweede seriële poort
- <filename>ttyu1</filename> draait en de regel
- <literal>std.38400</literal> in
- <filename>/etc/gettytab</filename> gebruikt:</para>
-
- <screen>22189 d1 Is+ 0:00.03 /usr/libexec/getty std.38400 ttyu1</screen>
-
- <para>Indien er geen proces <command>getty</command> draait,
- controleer dan of de poort in <filename>/etc/ttys</filename>
- aan staat. Draai <command>kill -HUP 1</command> nadat het
- bestand <filename>ttys</filename> is gewijzigd.</para>
-
- <para>Indien het proces <command>getty</command> draait maar de
- terminal nog steeds geen aanmeldprompt weergeeft of als het
- een prompt weergeeft maar er niet getypt kan worden, kan het
- zijn dat de terminal of de kabel hardwarematige handshaking
- niet ondersteunt. Probeer om de regel in
- <filename>/etc/ttys</filename> van
- <literal>std.38400</literal> in
- <literal>3wire.38400</literal> te veranderen (draai na het
- wijzigen van <filename>/etc/ttys</filename> <command>kill
- -HUP 1</command>). De regel <literal>3wire</literal> is
- vergelijkbaar met de regel <literal>std</literal>, maar
- negeert hardwarematige handshaking. Het kan nodig zijn om de
- baudsnelheid te verlagen of om softwarematig doorvoerbeheer
- aan te zetten als <literal>3wire</literal> gebruikt wordt, om
- overspoelde buffers te voorkomen.</para>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title>Als er rommel in plaats van een aanmeldprompt
- verschijnt</title>
-
- <para>Controleer of de terminal en &os; dezelfde bps-snelheid
- en pariteit gebruiken. Controleer de
- <command>getty</command>-processen op het gebruik van het
- juiste type <command>getty</command>. Indien dit niet het
- geval is, wijzig dan <filename>/etc/ttys</filename> en draai
- <command>kill -HUP 1</command>.</para>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title>Tekens verschijnen dubbel en/of het wachtwoord
- verschijnt tijdens de invoer</title>
-
- <para>Wijzig de terminal (of de terminalemulatiesoftware) van
- <quote>half duplex</quote> of <quote>local echo</quote> naar
- <quote>full duplex</quote>.</para>
- </sect3>
- </sect2>
- </sect1>
-
- <sect1 xml:id="dialup">
- <info><title>Inbeldienst</title>
- <authorgroup>
- <author><personname><firstname>Guy</firstname><surname>Helmer</surname></personname><contrib>Bijgedragen door </contrib></author>
- </authorgroup>
- <authorgroup>
- <author><personname><firstname>Sean</firstname><surname>Kelly</surname></personname><contrib>Toevoegingen door </contrib></author>
- </authorgroup>
- </info>
-
-
-
- <warning>
- <para>Vanaf &os; 8.0 zijn de seriële poorten
- hernoemd van
- <filename>/dev/cuadN</filename> naar
- <filename>/dev/cuauN</filename> en
- van
- <filename>/dev/ttydN</filename> naar
- <filename>/dev/ttyuN</filename>.
- &os;&nbsp;7.X gebruikers moeten de documentatie aanpassen naar
- deze wijzigingen.</para>
- </warning>
-
- <para>Het instellen van het &os;-systeem voor inbeldiensten is
- vrijwel gelijk aan het verbinden van terminals, behalve dat er
- met modems in plaats van terminals wordt gewerkt.</para>
-
- <sect2>
- <title>Externe en interne modems</title>
-
- <para>Externe modems lijken gemakkelijker voor het inbellen,
- omdat externe modems vaak semi-permanent ingesteld kunnen
- worden via parameters die in een niet-vluchtig RAM worden
- opgeslagen en ze hebben gewoonlijk LED's die de toestand van
- belangrijke RS-232-signalen weergeven. Knipperende LED's maken
- indruk op bezoekers, maar LED's zijn ook zeer nuttig om te zien
- of een modem goed functioneert.</para>
-
- <para>Interne modems hebben vaak geen niet-vluchtig RAM en het
- kan dus voorkomen dat de instelmogelijkheden beperkt zijn tot
- het instellen van DIP-schakelaars. Als een intern modem al
- indicatie-LED's voor signalen heeft, zijn ze moeilijk te zien
- in de behuizing van een systeem.</para>
-
- <sect3>
- <title>Modems en kabels</title>
-
- <indexterm><primary>modem</primary></indexterm>
-
- <para>Bij gebruik van een extern modem is uiteraard een juiste
- kabel nodig. Een standaard RS-232C seriële kabel
- moet voldoen zolang alle normale signalen zijn
- aangesloten.</para>
-
- <table frame="none" pgwide="1" xml:id="serialcomms-signal-names">
- <title>Signaalnamen</title>
-
- <tgroup cols="2">
- <thead>
- <row>
- <entry align="left">Acroniemen</entry>
-
- <entry align="left">Namen</entry>
- </row>
- </thead>
-
- <tbody>
- <row>
- <entry><acronym>RD</acronym></entry>
-
- <entry>Received Data (ontvangen gegevens)</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><acronym>TD</acronym></entry>
-
- <entry>Transmitted Data (verzonden gegevens)</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><acronym>DTR</acronym></entry>
-
- <entry>Data Terminal Ready (gegevensterminal
- gereed)</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><acronym>DSR</acronym></entry>
-
- <entry>Data Set Ready (gegevensverzameling
- gereed)</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><acronym>DCD</acronym></entry>
-
- <entry>Data Carrier Detect (RS-232's detector voor
- signaal lijn-ontvangen)</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><acronym>SG</acronym></entry>
-
- <entry>Signal Ground (signaalaarde)</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><acronym>RTS</acronym></entry>
-
- <entry>Request to Send (verzoek om te zenden)</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><acronym>CTS</acronym></entry>
-
- <entry>Clear to Send (gereed om te zenden)</entry>
- </row>
- </tbody>
- </tgroup>
- </table>
-
- <para>&os; heeft de signalen <acronym>RTS</acronym> en
- <acronym>CTS</acronym> nodig voor doorstroombeheer bij
- snelheden van meer dan 2400&nbsp;bps, het signaal
- <acronym>CD</acronym> om te bepalen wanneer een oproep
- beantwoord of geannuleerd is, en het signaal
- <acronym>DTR</acronym> om een modem opnieuw in te stellen
- nadat een sessie voltooid is. Op sommige kabels ontbreken
- sommige benodigde signalen. Dus als zich problemen voordoen,
- zoals een aanmeldsessie die niet weggaat nadat de verbinding
- verbroken is, kan dit aan de kabel liggen.</para>
-
- <para>Net als andere &unix;-achtige besturingssystemen gebruikt
- &os; hardwaresignalen om te bepalen of een oproep beantwoord
- of weggedrukt is en om met het modem op te hangen en dit
- opnieuw in te stellen na een oproep. &os; vermijdt het
- versturen van commando's naar een modem en het bekijken van
- de toestand van een modem. Dit kan vreemd lijken als bekend
- is hoe modems met PC-gebaseerde prikbordsystemen (BBS)
- verbinden.</para>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2>
- <title>Overwegingen voor de seriële interface</title>
-
- <para>&os; ondersteunt EIA RS-232C (CCITT V.24)
- communicatie-interfaces gebaseerd op NS8250, NS1645, NS16550 en
- NS16550A. De 8250- en 16450-apparaten hebben buffers van een
- enkel karakter. Het 16550-apparaat biedt een buffer van 16
- karakters, wat betere systeemprestaties toestaat. Door fouten
- in platte 16550's is het niet mogelijk de buffer van 16
- karakters te gebruiken, dus gebruik indien mogelijk 16550A's.
- Omdat apparaten met een buffer van een enkel karakter meer werk
- door het besturingssysteem vereisen dan apparaten met een
- buffer van 16 karakters, ligt de voorkeur bij seriële
- interfacekaarten gebaseerd op de 16550A. Indien een systeem
- veel actieve seriële poorten heeft of zwaar belast wordt,
- zijn kaarten gebaseerd op de 16550A beter voor communicatie met
- een lage foutenratio.</para>
- </sect2>
-
- <sect2>
- <title>Snel overzicht</title>
-
- <indexterm><primary>getty</primary></indexterm>
-
- <para>Net als met terminals zet <command>init</command> een
- <command>getty</command>-proces op voor elke seriële poort
- die voor inbelverbindingen is ingesteld. Indien bijvoorbeeld
- een modem aan <filename>/dev/ttyu0</filename> is gekoppeld, kan
- het commando <command>ps ax</command> het volgende
- weergeven:</para>
-
- <screen> 4850 ?? I 0:00.09 /usr/libexec/getty V19200 ttyu0</screen>
-
- <para>Wanneer een gebruiker naar de modemlijn belt en de modems
- verbinding maken, wordt de <acronym>CD</acronym>-lijn (Carrier
- Detect) door het modem gerapporteerd. De kernel merkt op dat
- een draaggolf is gesignaleerd en laat <command>getty</command>
- het openen van de poort voltooien. <command>getty</command>
- stuurt een prompt <prompt>login:</prompt> met de initieel
- gespecificeerde lijnsnelheid. <command>getty</command> bekijkt
- of er geldige karakters zijn ontvangen en probeert, in een
- typische opstelling, indien het rommel aantreft (waarschijnlijk
- omdat de snelheid waarmee het modem verbindt afwijkt van de
- snelheid van <command>getty</command>) de lijnsnelheden aan te
- passen totdat het redelijke karakters ontvangt.</para>
-
- <indexterm><primary><command>/usr/bin/login</command></primary></indexterm>
-
- <para>Nadat een gebruikersnaam is opgegeven voert
- <command>getty</command> <filename>/usr/bin/login</filename>
- uit, die het aanmelden voltooit door te vragen naar het
- wachtwoord van een gebruiker en daarna de shell van een
- gebruiker op te starten.</para>
- </sect2>
-
- <sect2>
- <title>Instellingenbestanden</title>
-
- <para>Er zijn drie systeeminstellingenbestanden in de map
- <filename>/etc</filename> die waarschijnlijk gewijzigd moeten
- worden om inbellen op een &os;-systeem toe te staan. Het
- eerste bestand, <filename>/etc/gettytab</filename>, bevat
- informatie om de daemon <filename>/usr/libexec/getty</filename>
- in te stellen. Het tweede bestand,
- <filename>/etc/ttys</filename> bevat informatie voor
- <filename>/sbin/init</filename> dat vertelt op welke
- <filename>tty</filename> apparaten een proces
- <command>getty</command> moet draaien. Als laatste kunnen in
- het script <filename>/etc/rc.d/serial</filename> commando's
- geplaatst worden om poorten te initialiseren.</para>
-
- <para>Er bestaan twee stromingen met betrekking tot inbelmodems
- op &unix;. De ene houdt ervan om modems en systemen in te
- stellen zodat de lokale computer-naar-modem RS-232-interface
- met een vaste snelheid werkt, ongeacht de snelheid waarmee een
- gebruiker-op-afstand inbelt. Het voordeel van deze instelling
- is dat een gebruiker-op-afstand altijd meteen een aanmeldprompt
- van een systeem ziet. Het nadeel is dat een systeem niet weet
- wat de werkelijke gegevenssnelheid van een gebruiker is en dus
- passen programma's die met een volledig scherm werken, zoals
- <application>Emacs</application>, hun methode om het scherm te
- tekenen niet aan om hun reactie beter te maken voor langzame
- verbindingen.</para>
-
- <para>De andere stroming stelt de RS-232-interface van een modem
- zo in dat de snelheid ervan varieert met de verbindingssnelheid
- van een gebruiker-op-afstand. Zo zorgen V.32bis-verbindingen
- (14,4&nbsp;kbps) met een modem ervoor dat een modem de
- RS-232-interface op 19,2&nbsp;kbps laat draaien, terwijl
- verbindingen op 2400&nbsp;bps ervoor zorgen dat de
- RS-232-interface van een modem op 2400&nbsp;bps draait. Omdat
- <command>getty</command> meldingen over de verbindingssnelheid
- van een gegeven modem niet begrijpt, geeft
- <command>getty</command> een bericht <prompt>login:</prompt> op
- een initiële snelheid en kijkt het naar de karakters die
- als antwoord terugkomen. Als een gebruiker rommel ziet, wordt
- ervan uitgegaan dat deze weet dat de <keycap>Enter</keycap>
- toets ingedrukt moet worden totdat een herkenbaar prompt
- zichtbaar is. Indien de gegevenssnelheden niet overeenkomen,
- ziet <command>getty</command> alles wat een gebruiker intypt
- als <quote>rommel</quote>, probeert het op de volgende snelheid
- over te gaan en het geeft opnieuw het prompt
- <prompt>login:</prompt>. Deze procedure kan ad nauseam
- doorgaan, maar normaal gesproken zijn er slechts een stuk of
- twee toetsaanslagen nodig voordat een gebruiker een juist
- prompt ziet. Het is duidelijk dat deze aanmeldprocedure er
- niet zo mooi uitziet als de methode
- <quote>vaste-snelheid</quote>, maar een gebruiker met een
- langzame verbinding zou betere interactiviteit moeten beleven
- met programma's die met een volledig scherm werken.</para>
-
- <para>Deze sectie poogt om neutrale informatie over instellingen
- te geven, maar is geneigd om de gegevenssnelheid van het modem
- af te laten hangen van de verbindingssnelheid.</para>
-
- <sect3>
- <title><filename>/etc/gettytab</filename></title>
-
- <indexterm><primary><filename>/etc/gettytab</filename></primary></indexterm>
-
- <para><filename>/etc/gettytab</filename> is een bestand met
- informatie over instellingen voor &man.getty.8; in de stijl
- van &man.termcap.5;. In de hulppagina van &man.gettytab.5;
- staat de volledige informatie over het formaat van het
- bestand en de lijst met mogelijkheden.</para>
-
- <sect4>
- <title>Vaste snelheid instellen</title>
-
- <para>Indien de snelheid van een modem om gegevens te
- communiceren op een bepaalde waarde wordt vastgezet, is het
- waarschijnlijk niet nodig om wijzigingen aan te brengen in
- <filename>/etc/gettytab</filename>.</para>
- </sect4>
-
- <sect4>
- <title>Overeenkomstige snelheid instellen</title>
-
- <para>In <filename>/etc/gettytab</filename> dient een regel
- ingesteld te worden om <command>getty</command> informatie
- te geven over de snelheden die voor het modem gewenst zijn.
- Indien een 2400&nbsp;bps modem aanwezig is, kan
- waarschijnlijk de bestaande regel <literal>D2400</literal>
- gebruikt worden.</para>
-
- <programlisting>#
-# Voor snelle inbelterminals, 2400/1200/300 roterend (er kan met beide kanten begonnen worden)
-#
-D2400|d2400|Fast-Dial-2400:\
- :nx=D1200:tc=2400-baud:
-3|D1200|Fast-Dial-1200:\
- :nx=D300:tc=1200-baud:
-5|D300|Fast-Dial-300:\
- :nx=D2400:tc=300-baud:</programlisting>
-
- <para>Indien er een modem voor hogere snelheden aanwezig is,
- dient er waarschijnlijk een regel aan
- <filename>/etc/gettytab</filename> toegevoegd te worden.
- Hieronder staat een regel die gebruikt kan worden voor een
- 14,4&nbsp;kbps modem met een maximale interface-snelheid
- van 19,2&nbsp;kbps:</para>
-
- <programlisting>#
-# Toevoegingen voor een V.32bis modem
-#
-um|V300|High Speed Modem at 300,8-bit:\
- :nx=V19200:tc=std.300:
-un|V1200|High Speed Modem at 1200,8-bit:\
- :nx=V300:tc=std.1200:
-uo|V2400|High Speed Modem at 2400,8-bit:\
- :nx=V1200:tc=std.2400:
-up|V9600|High Speed Modem at 9600,8-bit:\
- :nx=V2400:tc=std.9600:
-uq|V19200|High Speed Modem at 19200,8-bit:\
- :nx=V9600:tc=std.19200:</programlisting>
-
- <para>Dit resulteert in 8-bits verbindingen zonder
- pariteit.</para>
-
- <para>Het bovenstaande voorbeeld begint met een
- communicatiesnelheid van 19,2&nbsp;kbps (voor een
- V.32bis-verbinding), daarna doorloopt het 9600&nbsp;bps
- (voor V.32), 2400&nbsp;bps, 1200&nbsp;bps, 300&nbsp;bps en
- daarna weer 19,2&nbsp;kbps. Het doorlopen van de
- communicatiesnelheid is met de mogelijkheid
- <literal>nx=</literal> (<quote>volgende tabel</quote>)
- geïmplementeerd. Elk van deze regels gebruikt een
- regel <literal>tc=</literal> (<quote>tabel
- continuëren</quote>) om de rest van de
- <quote>standaard</quote>-instellingen voor een bepaalde
- gegevenssnelheid op te pikken.</para>
-
- <para>Indien er een 28,8&nbsp;kbps modem aanwezig is en/of
- het gewenst is om voordeel uit de compressie met een
- 14,4&nbsp;kbps te halen, is het nodig om hogere
- communicatiesnelheden dan 19,2&nbsp;kbps te gebruiken.
- Hieronder staat een voorbeeld van een regel voor
- <filename>gettytab</filename> die begint met
- 57,6&nbsp;kbps.</para>
-
- <programlisting>#
-# Toevoegingen voor een V.32bis of V.34 modem
-# beginnend bij 57,6 kbps
-#
-vm|VH300|Very High Speed Modem at 300,8-bit:\
- :nx=VH57600:tc=std.300:
-vn|VH1200|Very High Speed Modem at 1200,8-bit:\
- :nx=VH300:tc=std.1200:
-vo|VH2400|Very High Speed Modem at 2400,8-bit:\
- :nx=VH1200:tc=std.2400:
-vp|VH9600|Very High Speed Modem at 9600,8-bit:\
- :nx=VH2400:tc=std.9600:
-vq|VH57600|Very High Speed Modem at 57600,8-bit:\
- :nx=VH9600:tc=std.57600:</programlisting>
-
- <para>Indien een CPU langzaam of een systeem zwaar belast is
- en er geen seriële poorten gebaseerd op 16550A
- aanwezig zijn, kunnen er <errorname>sio</errorname>
- <quote>silo</quote>-fouten optreden bij
- 57,6&nbsp;kbps.</para>
- </sect4>
- </sect3>
-
- <sect3 xml:id="dialup-ttys">
- <title><filename>/etc/ttys</filename></title>
-
- <indexterm><primary><filename>/etc/ttys</filename></primary></indexterm>
-
- <para>Het instellen van het bestand
- <filename>/etc/ttys</filename> staat beschreven in <xref linkend="ex-etc-ttys"/>. Het instellen van modems is
- vergelijkbaar maar er moet een ander argument aan
- <command>getty</command> doorgegeven worden en er moet een
- ander type terminal doorgegeven te worden. Het algemene
- formaat voor zowel vaste snelheid als overeenkomstige
- snelheid is:</para>
-
- <programlisting>ttyu0 "/usr/libexec/getty <replaceable>xxx</replaceable>" dialup on</programlisting>
-
- <para>Het eerste item op bovenstaande regel is het speciale
- apparaatbestand. <filename>ttyu0</filename> betekent dat
- <filename>/dev/ttyu0</filename> het bestand is dat door
- <command>getty</command> in de gaten wordt gehouden. Het
- tweede item,
- <literal>"/usr/libexec/gettyxxx"</literal>
- (<replaceable>xxx</replaceable> wordt vervangen door de
- initiële mogelijkheden van
- <filename>gettytab</filename>) is het proces dat door
- <command>init</command> op het apparaat gedraaid wordt. Het
- derde item, <literal>dialup</literal>, is het standaard
- terminaltype. De vierde parameter, <literal>on</literal>,
- geeft aan <command>init</command> aan dat de lijn
- operationeel is. Er kan een vijfde parameter zijn,
- <literal>secure</literal>, maar gebruik deze alleen voor
- terminals die fysiek veilig zijn (zoals de
- systeemconsole).</para>
-
- <para>Het standaard terminaltype (<literal>dialup</literal> in
- bovenstaand voorbeeld) mag afhangen van lokale voorkeuren.
- Het traditionele standaard terminaltype voor inbellijnen is
- <literal>dialup</literal>, zodat gebruikers hun
- aanmeldscripts kunnen aanpassen om op te merken wanneer het
- terminal <literal>dialup</literal> is en automatisch hun
- terminaltype kunnen aanpassen. Wellicht is het makkelijker
- om <literal>vt102</literal> als het standaard terminaltype te
- specificeren, aangezien gebruikers gewoon VT102-emulatie op
- hun systemen-op-afstand gebruiken.</para>
-
- <para>Nadat <filename>/etc/ttys</filename> gewijzigd is, kan
- aan het proces <command>init</command> een signaal
- <acronym>HUP</acronym> gestuurd worden om het bestand opnieuw
- te laten lezen. Gebruik volgende opdracht om het signaal te
- versturen:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>kill -HUP 1</userinput></screen>
-
- <para>Indien een systeem voor de eerste keer wordt
- geïnstalleerd, is het verstandig te wachten totdat een
- modem juist ingesteld en verbonden is voordat het signaal
- aan <command>init</command> verstuurd wordt.</para>
-
- <sect4>
- <title>Vaste snelheid instellen</title>
-
- <para>Voor het instellen van een vaste snelheid dient de
- regel in <filename>ttys</filename> een vaste snelheid door
- te geven aan <command>getty</command>. Voor een modem met
- een vaste poortsnelheid van 19,2&nbsp;kbps kan de regel in
- <filename>ttys</filename> er als volgt uitzien:</para>
-
- <programlisting>ttyu0 "/usr/libexec/getty std.19200" dialup on</programlisting>
-
- <para>Indien een modem op een andere gegevenssnelheid is
- ingesteld, dient de juiste waarde voor
- <literal>std.snelheid</literal>
- in plaats van <literal>std.19200</literal> ingesteld te
- worden. Gebruik een geldig type dat in
- <filename>/etc/gettytab</filename> vermeld staat.</para>
- </sect4>
-
- <sect4>
- <title>Overeenkomstige snelheid instellen</title>
-
- <para>Voor het instellen van een overeenkomstige snelheid
- dient de regel in <filename>ttys</filename> te verwijzen
- naar regel met de juiste begin-<quote>auto-baud</quote>
- (sic). Indien bijvoorbeeld de boven voorgestelde regel
- voor een modem met een overeenkomstige snelheid die begint
- met 19,2&nbsp;kbps wordt toegevoegd (de regel in
- <filename>gettytab</filename> die het beginpunt
- <literal>V19200</literal>), kan de regel in
- <filename>ttys</filename> er als volgt uitzien:</para>
-
- <programlisting>ttyu0 "/usr/libexec/getty V19200" dialup on</programlisting>
- </sect4>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title><filename>/etc/rc.d/serial</filename></title>
-
- <indexterm>
- <primary>rc-bestanden</primary>
-
- <secondary><filename>rc.serial</filename></secondary>
- </indexterm>
-
- <para>Hogesnelheidsmodems, zoals V.32, V.32bis, en V.34 modems,
- moeten gebruik maken van hardwarematig
- (<literal>RTS/CTS</literal>) gegevensstroombeheer. Er kunnen
- <command>stty</command>-opdrachten aan
- <filename>/etc/rc.d/serial</filename> toegevoegd worden om de
- vlag voor hardwarematig gegevensstroombeheer in de kernel van
- &os; voor modempoorten in te stellen.</para>
-
- <para>Om bijvoorbeeld de <literal>termios</literal>-vlag
- <varname>crtscts</varname> op de apparaten die de in- en
- uitbelapparaten initialiseren op de eerste seriële poort
- (<filename>COM2</filename>) in te stellen, kunnen de
- volgende regels aan <filename>/etc/rc.d/serial</filename>
- worden toegevoegd:</para>
-
- <programlisting># Seriële poort initieel instellen
-stty -f /dev/ttyu1.init crtscts
-stty -f /dev/cuau1.init crtscts</programlisting>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2>
- <title>Modeminstellingen</title>
-
- <para>Bij gebruik van een modem waarvan de parameters permanent
- in niet-vluchtig RAM ingesteld kunnen worden, is er een
- terminalprogramma (zoals <application>Telix</application> onder
- &ms-dos; of <command>tip</command> onder &os;) nodig om
- parameters in te stellen. Maak een verbinding met een modem met
- dezelfde communicatiesnelheid als de initiële snelheid die
- door <command>getty</command> gebruikt wordt en stel het
- niet-vluchtige RAM van een modem in zodat aan deze voorwaarden
- voldaan wordt:</para>
-
- <itemizedlist>
- <listitem>
- <para><acronym>CD</acronym> geldt tijdens
- verbindingen;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para><acronym>DTR</acronym> geldt tijdens gebruik; het
- loslaten van DTR hangt de verbinding op en stelt het modem
- opnieuw in;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>gegevensstroombeheer door <acronym>CTS</acronym>
- verzonden;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>gegevensstroombeheer met <acronym>XON/XOFF</acronym>
- uitgezet;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>gegevensstroombeheer door <acronym>RTS</acronym>
- ontvangen;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Stille modus (geen resultaatcodes);</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Geen opdrachtecho.</para>
- </listitem>
- </itemizedlist>
-
- <para>Kijk in de documentatie van een modem voor de benodigde
- opdrachten en/of instellingen van DIP-schakelaars.</para>
-
- <para>Om de bovenstaande parameters bijvoorbeeld op een
- &usrobotics; &sportster; 14.400 extern modem in te stellen,
- kunnen de volgende opdrachten aan het modem gegeven
- worden:</para>
-
- <programlisting>ATZ
-AT&amp;C1;&amp;D2&amp;H1&amp;I0&amp;R2&amp;W</programlisting>
-
- <para>In deze fase kunnen ook andere modeminstellingen aangepast
- worden, zoals of het V.42bis en/of MNP5 compressie wordt
- gebruiken.</para>
-
- <para>Een &usrobotics;&sportster; 14.400 externe modem heeft ook
- enkele DIP-schakelaars die ingesteld moeten worden. Voor
- andere modems kunnen deze instellingen wellicht als voorbeeld
- dienen:</para>
-
- <itemizedlist>
- <listitem>
- <para>Schakelaar 1: UP: DTR Normal</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Schakelaar 2: N/A (Verbal Result Codes/Numeric Result
- Codes)</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Schakelaar 3: UP: Suppress Result Codes</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Schakelaar 4: DOWN: Geen echo, offline
- opdrachten</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Schakelaar 5: UP: Auto Answer</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Schakelaar 6: UP: Carrier Detect Normal</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Schakelaar 7: UP: Load NVRAM Defaults</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Schakelaar 8: N/A (Smart Mode/Dumb Mode)</para>
- </listitem>
- </itemizedlist>
-
- <para>Schakel resultaatcodes voor alle inbelmodems uit of
- onderdruk ze om problemen te voorkomen die kunnen optreden als
- <command>getty</command> abusievelijk een prompt
- <prompt>login:</prompt> geeft aan een modem dat in
- opdrachtmodus staat en het modem de opdracht echoot of een
- resultaatcode teruggeeft. Deze sequentie kan tot een
- uitgebreide, onnozele discussie tussen <command>getty</command>
- en het modem leiden.</para>
-
- <sect3>
- <title>Vaste snelheid instellen</title>
-
- <para>Stel voor een vaste snelheid een modem zodanig in dat die
- een constante gegevenssnelheid naar de computer,
- onafhankelijk van de communicatiesnelheid, behoudt. Op een
- &usrobotics; &sportster; 14.400 extern modem zetten de
- volgende opdrachten de gegevenssnelheid naar de computer vast
- op de snelheid die gebruikt werd om de opdrachten te
- geven:</para>
-
- <programlisting>ATZ
-AT&amp;B1&amp;W</programlisting>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title>Overeenkomstige snelheid instellen</title>
-
- <para>Stel voor een variabele snelheid een modem zodanig in dat
- het de gegevenssnelheid van zijn seriële poort aanpast
- aan de snelheid van een binnenkomende oproep. Op een
- &usrobotics; &sportster; 14.400 extern modem zetten de
- volgende opdrachten de gegevenssnelheid van het modem, die op
- fouten gecorrigeerd wordt, vast op de snelheid die gebruikt
- werd om de opdrachten te geven, maar staan ze toe dat de
- snelheid van de seriële poort varieert voor verbindingen
- die niet op fouten gecorrigeerd worden:</para>
-
- <programlisting>ATZ
-AT&amp;B2&amp;W</programlisting>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title>De modeminstellingen controleren</title>
-
- <para>De meeste modems die op hoge snelheid werken, bieden
- opdrachten om de huidige werkparameters van een modem in een
- min of meer voor mensen leesbare vorm te bekijken. Op het
- &usrobotics; &sportster; 14.400 extern modem beeldt de
- opdracht <command>ATI5</command> de instellingen af die in
- het niet-vluchtige RAM zijn opgeslagen. Gebruik om de
- werkelijke werkparameters van een modem te zien (zoals
- beïnvloed door de stand van de DIP-schakelaars van een
- modem) de opdrachten <command>ATZ</command> gevolgd door
- <command>ATI4</command>.</para>
-
- <para>Kijk in de handleiding van een modem als er met een
- ander merk modem gewerkt wordt voor het controleren van de
- parameters voor het instellen van dat modem.</para>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2>
- <title>Problemen oplossen</title>
-
- <para>Hier volgen wat stappen die gevolgd kunnen worden om een
- inbelmodem op een systeem te controleren.</para>
-
- <sect3>
- <title>Een &os;-systeem controleren</title>
-
- <para>Verbind een modem met een &os;-systeem, start het systeem
- op en kijk, indien het modem lampjes bevat die de toestand
- aangeven, of de <acronym>DTR</acronym>-indicator oplicht
- als het prompt <prompt>login:</prompt> op de systeemconsole
- verschijnt. Als het oplicht zou dit betekenen dat &os;
- een <command>getty</command>-proces heeft gestart op de
- juiste communicatiepoort en wacht op het modem om een gesprek
- aan te nemen.</para>
-
- <para>Geef als de <acronym>DTR</acronym>-indicator niet
- oplicht, na aanmelden op de console, de opdracht <command>ps
- ax</command> om te zien of &os; probeert een
- <command>getty</command>-proces op de juiste poort te
- draaien. Er dienen tussen de weergegeven processen regels
- zoals de onderstaande te verschijnen:</para>
-
- <screen> 114 ?? I 0:00.10 /usr/libexec/getty V19200 ttyu0
- 115 ?? I 0:00.10 /usr/libexec/getty V19200 ttyu1</screen>
-
- <para>Er kan ook iets als het volgende verschijnen:</para>
-
- <screen> 114 d0 I 0:00.10 /usr/libexec/getty V19200 ttyu0</screen>
-
- <para>Als het modem nog geen gesprek heeft aangenomen, betekent
- dit dat <command>getty</command> het openen van de
- communicatiepoort voltooid heeft. Dit kan duiden op een
- probleem met de bekabeling of op een verkeerd ingesteld modem
- omdat <command>getty</command> niet in staat zou moeten zijn
- om de communicatiepoort te openen totdat
- <acronym>CD</acronym> (kiestoon) door het modem is
- bevestigd.</para>
-
- <para>Indien er geen enkel <command>getty</command>-proces
- verschijnt dat wacht op het openen van de gewenste poort
- <filename>ttyuN</filename>,
- controleer dan de regels in <filename>/etc/ttys</filename> op
- vergissingen. Controleer ook het logboekbestand
- <filename>/var/log/messages</filename> om te zien of er
- logboekberichten van <command>init</command> of
- <command>getty</command> met betrekking tot problemen zijn.
- Indien er problemen zijn, controleer dan nogmaals de
- instellingenbestanden <filename>/etc/ttys</filename> en
- <filename>/etc/gettytab</filename>, alsook de betreffende
- speciale apparaatbestanden <filename>/dev/ttyuN</filename>,
- op vergissingen, ontbrekende regels of ontbrekende speciale
- apparaatbestanden.</para>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title>Proberen om in te bellen</title>
-
- <para>Probeer in te bellen op een systeem. Controleer of op het
- systeem-op-afstand 8 bits, geen pariteit en 1 stopbit gebruikt
- wordt. Probeer, indien er niet meteen een prompt verschijnt
- of als er rommel verschijnt, ongeveer eens per seconde op
- <keycap>Enter</keycap> te drukken. Probeer, indien er na een
- tijd nog geen prompt <prompt>login:</prompt> verschijnt, een
- <command>BREAK</command> te versturen. Probeer, indien er een
- modem wordt gebruikt dat op hoge snelheid werkt om te bellen,
- opnieuw in te bellen nadat de interfacesnelheid van het
- bellende modem is vastgezet (bijvoorbeeld via
- <command>AT&amp;B1</command> op een &usrobotics; &sportster;
- modem).</para>
-
- <para>Controleer, indien er nog steeds geen prompt
- <prompt>login:</prompt> verschijnt, nogmaals
- <filename>/etc/gettytab</filename> en controleer of:</para>
- <itemizedlist>
- <listitem>
- <para>De initiële specificatie die in
- <filename>/etc/ttys</filename> voor de lijn staat
- overeenkomt met een naam van een specificatie in
- <filename>/etc/gettytab</filename>;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Elke regel <literal>nx=</literal> overeenkomt met een
- naam van een andere specificatie in
- <filename>gettytab</filename>;</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Elke regel <literal>tc=</literal> overeenkomt met een
- naam van een andere specificatie in
- <filename>gettytab</filename>.</para>
- </listitem>
- </itemizedlist>
-
- <para>Controleer, indien er gebeld wordt maar het modem op het
- &os;-systeem niet reageert, of het modem ingesteld is om de
- telefoon te beantwoorden als <acronym>DTR</acronym> bevestigd
- is. Controleer, indien het modem juist ingesteld lijkt te
- zijn, of de <acronym>DTR</acronym>-lijn bevestigd is door de
- indicatielampjes van het modem te controleren (indien die
- aanwezig zijn).</para>
-
- <para>Neem een pauze en probeer het later nog eens indien alles
- meerdere malen is geprobeerd en het nog steeds niet werkt.
- Indien het nog steeds niet werkt, stuur dan een e-mail naar
- de &a.questions; met een beschrijving van het modem en het
- probleem en de mensen op de lijst zullen proberen te
- helpen.</para>
- </sect3>
- </sect2>
- </sect1>
-
- <sect1 xml:id="dialout">
- <title>Uitbeldienst</title>
-
- <warning>
- <para>Vanaf &os; 8.0 zijn de seriële poorten
- hernoemd van
- <filename>/dev/cuadN</filename> naar
- <filename>/dev/cuauN</filename> en
- van
- <filename>/dev/ttydN</filename> naar
- <filename>/dev/ttyuN</filename>.
- &os;&nbsp;7.X gebruikers moeten de documentatie aanpassen naar
- deze wijzigingen.</para>
- </warning>
-
- <indexterm><primary>uitbeldienst</primary></indexterm>
-
- <para>De volgende tips dienen voor het maken van een verbinding met
- een andere computer per modem. Dit is geschikt voor het opzetten
- van een terminalsessie met een gast op afstand.</para>
-
- <para>Dit is nuttig bij het aanmelden op een BBS.</para>
-
- <para>Dit soort verbinding kan extreem behulpzaam zijn om een
- bestand op het Internet te krijgen indien er problemen zijn met
- PPP. Indien FTP ergens voor nodig is en PPP kapot is, kan de
- terminalsessie voor FTP gebruikt worden. Vervolgens kan zmodem
- gebruikt worden om het naar de machine te verzenden.</para>
-
- <sect2 xml:id="hayes-unsupported">
- <title>Een gewone Hayes-modem wordt niet ondersteund, wat
- nu?</title>
-
- <para>In feite is de hulppagina voor <command>tip</command>
- verouderd. Er is al een generiek belprogramma voor Hayes
- ingebouwd. Gebruik <literal>at=hayes</literal> in het bestand
- <filename>/etc/remote</filename>.</para>
-
- <para>Het stuurprogramma voor Hayes is niet slim genoeg om enkele
- geavanceerde eigenschappen van nieuwere modems te herkennen.
- Berichten als <literal>BUSY</literal> (in gesprek),
- <literal>NO DIALTONE</literal> (geen kiestoon) of
- <literal>CONNECT 115200</literal> (verbinden 115200) verwarren
- het stuurprogramma. Schakel deze berichten uit bij gebruik van
- <command>tip</command> (door middel van
- <command>ATX0&amp;W</command>).</para>
-
- <para>Verder is de beltimeout voor <command>tip</command> 60
- seconden. Het modem dient een lagere waarde te gebruiken om te
- voorkomen dat <command>tip</command> denkt dat er een probleem
- met de communicatie is. Probeer
- <command>ATS7=45&amp;W</command>.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="direct-at">
- <title>Hoe deze <literal>AT</literal>-commando's in te geven?</title>
-
- <indexterm><primary><filename>/etc/remote</filename></primary></indexterm>
-
- <para>Maak een zogenaamde <quote>directe</quote> regel in het
- bestand <filename>/etc/remote</filename> aan. Als het modem
- bijvoorbeeld aan de eerste seriële poort,
- <filename>/dev/cuau0</filename>, is gekoppeld, voeg dan de
- volgende regel toe:</para>
-
- <programlisting>cuau0:dv=/dev/cuau0:br#19200:pa=none</programlisting>
-
- <para>Gebruik voor de mogelijkheid <literal>br</literal> de
- hoogst ondersteunde snelheid van het modem in bps. Typ hierna
- <command>tip cuau0</command> om een verbinding met het modem te
- maken.</para>
-
- <para>Als alternatief kan <command>cu</command> als
- <systemitem class="username">root</systemitem> met het volgende commando gebruikt
- worden:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>cu
- -llijn
- -ssnelheid</userinput></screen>
-
- <para>De waarde <replaceable>lijn</replaceable> is de
- seriële poort (bijvoorbeeld
- <filename>/dev/cuau0</filename>) en
- <replaceable>snelheid</replaceable> is de snelheid
- (bijvoorbeeld <literal>57600</literal>). Als alle
- AT-commando's zijn ingevoerd, voer dan <command>~.</command> in
- om het programma te verlaten.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="gt-failure">
- <title>Het teken <literal>@</literal> voor de optie pn werkt
- niet!</title>
-
- <para>Het teken <literal>@</literal> in de
- telefoonnummermogelijkheid vertelt <command>tip</command> om in
- <filename>/etc/phones</filename> naar een telefoonnummer te
- kijken. Maar het teken <literal>@</literal> is ook een speciaal
- teken in specificatiebestanden als
- <filename>/etc/remote</filename>. Gebruik een backslash om
- hieraan te ontsnappen:</para>
-
- <programlisting>pn=\@</programlisting>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="dial-command-line">
- <title>Hoe een telefoonnummer op de opdrachtregel te
- draaien?</title>
-
- <para>Voeg een zogenaamde <quote>generieke</quote> regel aan
- het bestand <filename>/etc/remote</filename> toe.
- Bijvoorbeeld:</para>
-
- <programlisting>tip115200|Bel elk telefoonnummer met 115200 bps:\
- :dv=/dev/cuau0:br#115200:at=hayes:pa=none:du:
-tip57600|Bel elk telefoonnummer met 57600 bps:\
- :dv=/dev/cuau0:br#57600:at=hayes:pa=none:du:</programlisting>
-
- <para>Hierna zijn onder andere de volgende mogelijkheden
- beschikbaar:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>tip -115200 5551234</userinput></screen>
-
- <para>Indien <command>cu</command> boven <command>tip</command>
- geprefereerd wordt, dient een generieke regel voor
- <literal>cu</literal> gebruikt te worden:</para>
-
- <programlisting>cu115200|Gebruik cu om elk nummer met 115200bps te bellen:\
- :dv=/dev/cuau1:br#57600:at=hayes:pa=none:du:</programlisting>
-
- <para>Voer in:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>cu 5551234 -s 115200</userinput></screen>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="set-bps">
- <title>Dient de bps-snelheid telkens ingevoerd te worden?</title>
-
- <para>Voeg een regel toe voor <literal>tip1200</literal> of
- <literal>cu1200</literal>, maar gebruik een bps-snelheid die
- geschikt is voor de br-mogelijkheid. <command>tip</command>
- meent dat 1200&nbsp;bps een goede standaardwaarde is, hierdoor
- zoekt het naar een regel <literal>tip1200</literal>. Uiteraard
- hoeft 1200&nbsp;bps niet gebruikt te worden.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="terminal-server">
- <title>Een aantal hosts met een terminalserver benaderen</title>
-
- <para>Om niet iedere keer te hoeven wachten totdat er verbinding
- is en <command>CONNECT host</command>
- in te typen, kan de mogelijkheid <literal>cm</literal> van
- <command>tip</command> gebruikt worden. Als voorbeeld bieden
- de onderstaande regels in <filename>/etc/remote</filename> de
- mogelijkheid om <command>tip pain</command> of <command>tip
- muffin</command> in te typen om met de hosts
- <systemitem>pain</systemitem> of <systemitem>muffin</systemitem> te verbinden,
- en <command>tip deep13</command> om naar de terminalserver te
- gaan:</para>
-
- <programlisting>pain|pain.deep13.com|Forresters machine:\
- :cm=CONNECT pain\n:tc=deep13:
-muffin|muffin.deep13.com|Franks machine:\
- :cm=CONNECT muffin\n:tc=deep13:
-deep13:Gizmonics Institute terminalserver:\
- :dv=/dev/cuau2:br#38400:at=hayes:du:pa=none:pn=5551234:</programlisting>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="tip-multiline">
- <title>Kan tip meer dan één lijn voor elke site
- proberen?</title>
-
- <para>Dit is een vaak een probleem als een universiteit een
- handvol modemlijnen en enkele duizenden studenten heeft die ze
- proberen te gebruiken.</para>
-
- <para>Voeg een regel voor de universiteit toe in
- <filename>/etc/remote</filename> en gebruik
- <literal>@</literal> voor de mogelijkheid
- <literal>pn</literal>:</para>
-
- <programlisting>grote-universiteit:\
- :pn=\@:tc=dialout
-dialout:\
- :dv=/dev/cuau3:br#9600:at=courier:du:pa=none:</programlisting>
-
- <para>Voeg hierna de telefoonnummers voor de universiteit toe aan
- <filename>/etc/phones</filename>:</para>
-
- <programlisting>grote-universiteit 5551111
-grote-universiteit 5551112
-grote-universiteit 5551113
-grote-universiteit 5551114</programlisting>
-
- <para>Het commando <command>tip</command> probeert elk nummer in
- de volgorde van de lijst alvorens op te geven. Om de pogingen
- te herhalen, kan <command>tip</command> in een while-lus
- gedraaid worden.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="multi-controlp">
- <title>Waarom moet <keycombo action="simul"><keycap>Ctrl</keycap><keycap>P</keycap></keycombo>
- tweemaal worden ingedrukt om <keycombo action="simul"><keycap>Ctrl</keycap><keycap>P</keycap></keycombo>
- éénmaal te versturen?</title>
-
- <para><keycombo action="simul"><keycap>Ctrl</keycap><keycap>P</keycap></keycombo>
- is het standaard <quote>forceer</quote>-karakter, dat gebruikt
- wordt om <command>tip</command> te vertellen dat het volgende
- karakter letterlijk genomen dient te worden. Het
- forceerkarakter kan met de ontsnapping <command>~s</command>,
- wat <quote>stel een variabele in</quote> betekent, op elk ander
- karakter ingesteld worden.</para>
-
- <para>Typ
- <command>~sforce=enkel-karakter</command>
- in gevolgd door een nieuwe regel.
- <replaceable>enkel-karakter</replaceable> is elk enkel
- karakter. Indien <replaceable>enkel-karakter</replaceable>
- weggelaten wordt, is het forceerkarakter het nulkarakter, wat
- door middel van <keycombo action="simul"><keycap>Ctrl</keycap><keycap>2</keycap></keycombo>
- of <keycombo action="simul"><keycap>Ctrl</keycap><keycap>spatie</keycap></keycombo>
- verkregen kan worden. Een redelijke standaardwaarde
- voor <replaceable>enkel-karakter</replaceable> is <keycombo action="simul"><keycap>Shift</keycap><keycap>Ctrl</keycap><keycap>6</keycap></keycombo>,
- die slechts op enkele terminalservers gebruikt wordt.</para>
-
- <para>Het forceerkarakter kan op elk gewenst karakter ingesteld
- worden door het volgende op te nemen in het bestand
- <filename>&#36;HOME/.tiprc</filename>:</para>
-
- <programlisting>force=<replaceable>enkel-karakter</replaceable></programlisting>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="uppercase">
- <title>Alle ingevoerde tekst staat opeens in hoofdletters?</title>
-
- <para>Waarschijnlijk is <keycombo action="simul"><keycap>Ctrl</keycap><keycap>A</keycap></keycombo>
- ingedrukt, het <quote>raisechar</quote> van
- <command>tip</command>, dat speciaal voor mensen met een
- kapotte caps-lock toets is ontworpen. Gebruik
- <command>~s</command> zoals boven is aangegeven en stel de
- variabele <literal>raisechar</literal> op iets redelijks in.
- Het kan zelfs op hetzelfde als het forceerkarakter worden
- ingesteld, indien het onwaarschijnlijk is dat een van deze
- mogelijkheden ooit gebruikt wordt.</para>
-
- <para>Hier volgt een voorbeeld voor het bestand
- <filename>.tiprc</filename> dat perfect is voor gebruikers van
- <application>Emacs</application> die <keycombo action="simul"><keycap>Ctrl</keycap><keycap>2</keycap></keycombo>
- en <keycombo action="simul"><keycap>Ctrl</keycap><keycap>A</keycap></keycombo>
- vaak moeten gebruiken:</para>
-
- <programlisting>force=^^
-raisechar=^^</programlisting>
-
- <para>De <literal>^^</literal> is <keycombo action="simul"><keycap>Shift</keycap><keycap>Ctrl</keycap><keycap>6</keycap></keycombo>.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="tip-filetransfer">
- <title>Hoe kan met <command>tip</command> bestanden worden
- verstuurd?</title>
-
- <para>In de communicatie met een ander &unix;-systeem kunnen
- bestanden verzonden en ontvangen worden met de commando's
- <command>~p</command> (put) en <command>~t</command> (take).
- Deze commando's draaien <command>cat</command> en
- <command>echo</command> op een systeem op afstand om bestanden
- aan te nemen en te verzenden. De syntaxis is:</para>
-
- <cmdsynopsis>
- <command>~p</command>
-
- <arg choice="plain">lokaal-bestand</arg>
-
- <arg choice="opt">bestand-op-afstand</arg>
- </cmdsynopsis>
-
- <cmdsynopsis>
- <command>~t</command>
-
- <arg choice="plain">bestand-op-afstand</arg>
-
- <arg choice="opt">lokaal-bestand</arg>
- </cmdsynopsis>
-
- <para>Er wordt niet op fouten gecontroleerd, het is dus
- verstandig om een ander protocol te gebruiken, zoals
- zmodem.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="zmodem-tip">
- <title>Hoe kan <application>zmodem</application> samen met
- <command>tip</command> draaien?</title>
-
- <para>Start om bestanden te ontvangen het verstuurprogramma aan
- de andere kant. Typ daarna <command>~C rz</command> om ze
- lokaal te ontvangen.</para>
-
- <para>Start om bestanden te versturen het ontvangprogramma aan de
- andere kant. Typ daarna <command>~C sz
- bestanden</command> om ze naar het
- systeem aan de andere kant te versturen.</para>
- </sect2>
- </sect1>
-
- <sect1 xml:id="serialconsole-setup">
- <info><title>Seriële console opzetten</title>
- <authorgroup>
- <author><personname><firstname>Kazutaka</firstname><surname>YOKOTA</surname></personname><contrib>Bijgedragen door </contrib></author>
- </authorgroup>
- <authorgroup>
- <author><personname><firstname>Bill</firstname><surname>Paul</surname></personname><contrib>Gebaseerd op een document van </contrib></author>
- </authorgroup>
- </info>
-
-
-
- <warning>
- <para>Vanaf &os; 8.0 zijn de seriële poorten
- hernoemd van
- <filename>/dev/cuadN</filename> naar
- <filename>/dev/cuauN</filename> en
- van
- <filename>/dev/ttydN</filename> naar
- <filename>/dev/ttyuN</filename>.
- &os;&nbsp;7.X gebruikers moeten de documentatie aanpassen naar
- deze wijzigingen.</para>
- </warning>
-
- <indexterm><primary>seriële console</primary></indexterm>
-
- <sect2 xml:id="serialconsole-intro">
- <title>Inleiding</title>
-
- <para>&os; biedt de mogelijkheid om op een systeem op te starten
- met slechts een domme terminal en een seriële poort als
- console. Dit soort opstellingen is handig voor twee soorten
- mensen: voor systeembeheerders die &os; willen installeren op
- machines die geen toetsenbord of beeldscherm hebben en voor
- ontwikkelaars die de kernel of apparaatstuurprogramma's willen
- debuggen.</para>
-
- <para>Zoals beschreven in <xref linkend="boot"/>, gebruikt &os;
- drie fasen voor het opstarten. De eerste twee fasen bevinden
- zich in de code van het opstartblok dat zich aan het begin van
- de opstartslice van &os; op de opstartschijf bevindt. Het
- opstartblok laadt vervolgens de opstartlader
- (<filename>/boot/loader</filename>) en draait als de code van
- de derde fase.</para>
-
- <para>Om de seriële console gereed te maken moeten de code
- in het opstartblok, de code van de opstartlader en de kernel
- worden ingesteld.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="serialconsole-howto-fast">
- <title>De seriële console instellen, korte versie</title>
-
- <para>Deze sectie neemt aan dat de standaard opstelling wordt
- gebruikt en dat een kort overzicht voor het opzetten van de
- seriële console gewenst is.</para>
-
- <procedure>
- <step>
- <para>Verbind de seriële kabel met
- <filename>COM1</filename> en de leidende
- terminal;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Om alle opstartmeldingen op de seriële console te
- zien, dient het volgende commando als supergebruiker
- uitgevoerd te worden:</para>
-
- <screen>&prompt.root; echo 'console="comconsole"' &gt;&gt; /boot/loader.conf</screen>
- </step>
-
- <step>
- <para>Bewerk <filename>/etc/ttys</filename> en wijzig
- <literal>off</literal> in <literal>on</literal> en
- <literal>dialup</literal> in <literal>vt100</literal> voor
- de regel <filename>ttyu0</filename>. Indien dit niet
- gebeurt is er geen wachtwoord nodig om met de seriële
- console te verbinden, wat tot een mogelijk beveiligingslek
- leidt;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Start het systeem opnieuw op om te zien of de
- veranderingen effect hebben.</para>
- </step>
- </procedure>
-
- <para>Indien een andere instelling nodig is, is er een
- diepgaandere uitleg over instellingen beschikbaar in
- <xref linkend="serialconsole-howto"/>.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="serialconsole-howto">
- <title>De seriële console instellen</title>
-
- <procedure>
- <step>
- <para>Bereid een seriële kabel voor.</para>
-
- <indexterm><primary>nulmodem-kabel</primary></indexterm>
-
- <para>Benodigd zijn een nulmodem-kabel òf een
- standaard seriële kabel samen met een
- nulmodem-adapter. Zie <xref linkend="serial-cables-ports"/> voor een beschrijving
- van seriële kabels.</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Ontkoppel het toetsenbord.</para>
-
- <para>De meeste PC-systemen zoeken naar het toetsenbord
- tijdens de Power-On Self-Test (POST) en geven een
- foutmelding als het toetsenbord niet is gevonden. Sommige
- systemen klagen luid over het ontbreken van een toetsenbord
- en gaan niet verder met opstarten totdat het is
- aangesloten.</para>
-
- <para>Indien de computer klaagt over de fout, maar desondanks
- opstart, is het niet nodig iets speciaals te doen. Sommige
- machines waarop Phoenix BIOS is geïnstalleerd melden
- enkel <errorname>Toetsenbord faalde</errorname> en gaan
- normaal door met opstarten.</para>
-
- <para>Indien de machine weigert zonder toetsenbord op te
- starten dient het BIOS ingesteld te worden zodat het deze
- fout negeert (als het dit kan). Raadpleeg het handboek van
- het moederbord voor verdere aanwijzingen.</para>
-
- <tip>
- <para>Stel het toetsenbord in op <quote>Niet
- geïnstalleerd</quote> in de BIOS-instellingen. Het
- is dan nog steeds mogelijk om het toetsenbord te
- gebruiken. Dit zorgt er alleen voor dat het BIOS niet
- naar een toetsenbord zoekt tijdens het aanzetten. Het
- BIOS dient niet te klagen als het toetsenbord ontbreekt.
- Het is mogelijk om het toetsenbord aangesloten te laten,
- zelfs als deze vlag is ingesteld op <quote>Niet
- geïnstalleerd</quote> en het toetsenbord werkt nog
- steeds. Kijk, als de bovenstaande optie niet in het BIOS
- aanwezig is, naar een optie <quote>Halt on Error</quote>.
- Het instellen van deze optie op <quote>All but
- keyboard</quote> of zelfs op <quote>No Errors</quote>
- zal hetzelfde effect hebben.</para>
- </tip>
-
- <note>
- <para>Als een systeem een &ps2;-muis heeft, is het goed
- mogelijk dat naast het toetsenbord ook de muis
- losgekoppeld moet worden. Dit komt doordat &ps2;-muizen
- wat hardware met het toetsenbord delen. Als de muis
- aangesloten blijft, kan het zoeken naar het toetsenbord
- als resultaat hebben dat het toetsenbord er nog steeds
- is. Een Gateway 2000 Pentium 90&nbsp;MHz systeem met een
- AMI BIOS schijnt zich op deze manier te gedragen. Over
- het algemeen is dit geen probleem aangezien een muis
- zonder toetsenbord sowieso weinig nut heeft.</para>
- </note>
- </step>
-
- <step>
- <para>Sluit een domme terminal aan op
- <filename>COM1</filename>
- (<filename>sio0</filename>).</para>
-
- <para>Indien er geen domme terminal aanwezig is, kan een oude
- PC met een modemprogramma of de seriële poort van een
- andere &unix; machine gebruikt worden. Indien er geen
- <filename>COM1</filename>
- (<filename>sio0</filename>) aanwezig is dient deze
- geregeld te worden. Op dit moment is er geen manier om een
- andere poort dan <filename>COM1</filename> voor de
- opstartblokken te selecteren, afgezien van deze opnieuw te
- compileren. Indien <filename>COM1</filename> al voor
- een ander apparaat gebruikt wordt, verwijder dat apparaat
- dan tijdelijk en installeer een nieuw opstartblok en een
- nieuwe kernel zodra &os; werkt. Er wordt aangenomen dat
- <filename>COM1</filename> sowieso beschikbaar is op een
- bestands-/reken-/terminalserver. Als
- <filename>COM1</filename> ècht voor iets anders
- nodig is (en het niet mogelijk is om dat op
- <filename>COM2</filename>
- (<filename>sio1</filename>) over te zetten), is het
- sowieso al onverstandig om hiermee bezig te zijn.)</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Controleer of het instellingenbestand van de kernel de
- juiste vlaggen ingesteld heeft voor
- <filename>COM1</filename>
- (<filename>sio0</filename>).</para>
-
- <para>Relevante vlaggen zijn:</para>
-
- <variablelist>
- <varlistentry>
- <term><literal>0x10</literal></term>
-
- <listitem>
- <para>Zet console-ondersteuning voor deze eenheid aan.
- De andere consolevlaggen worden genegeerd tenzij deze
- is aangezet. Momenteel kan ten hoogste
- één eenheid console-ondersteuning
- hebben. De eerste (in de volgorde van het
- instellingenbestand) waarvan deze vlag is aangezet
- heeft de voorkeur. Deze optie zelf maakt de
- seriële poort geen console. Stel de volgende
- vlag in of gebruik de onderstaande optie
- <option>-h</option> samen met deze vlag.</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
-
- <varlistentry>
- <term><literal>0x20</literal></term>
-
- <listitem>
- <para>Dwingt deze eenheid om de console te zijn (tenzij
- er een andere console met hogere prioriteit is),
- ongeacht de onderstaande optie <option>-h</option>.
- De vlag <literal>0x20</literal> dient samen met de
- vlag <option>0x10</option> gebruikt te worden.</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
-
- <varlistentry>
- <term><literal>0x40</literal></term>
-
- <listitem>
- <para>Reserveert deze eenheid (in samenwerking met
- <literal>0x10</literal>) en maakt de eenheid
- ontoegankelijk voor normale toegang. Deze vlag dient
- niet aangezet te worden op de seriële poort van
- de eenheid die als seriële console gebruikt gaat
- worden. De enige functie van deze vlag is de eenheid
- voor het debuggen van de kernel op afstand aan te
- merken. Zie het <link xlink:href="&url.books.developers-handbook;/index.html">Ontwikkelaarshandboek</link>
- voor meer informatie over debuggen op afstand.</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
- </variablelist>
-
- <para>Voorbeeld:</para>
-
- <programlisting>device sio0 at isa? port IO_COM1 flags 0x10 irq 4</programlisting>
-
- <para>Zie de hulppagina &man.sio.4; voor meer details.</para>
-
- <para>Indien de vlaggen niet waren ingesteld, dient
- UserConfig gedraaid te worden (op een andere console) of de
- kernel opnieuw gecompileerd te worden.</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Maak <filename>boot.config</filename> aan in de
- hoofdmap van de partitie <literal>a</literal> van de
- opstartschijf.</para>
-
- <para>Dit bestand instrueert de code op het opstartblok hoe
- het systeem opgestart dient te worden. Om de seriële
- console te activeren, zijn één of meer van de
- volgende opties nodig. Indien meerdere opties gewenst
- zijn, dienen ze allemaal op dezelfde regel te staan:</para>
-
- <variablelist>
- <varlistentry>
- <term><option>-h</option></term>
-
- <listitem>
- <para>Wisselt tussen de interne en de seriële
- console. Indien bijvoorbeeld vanaf de interne
- (video)console opgestart wordt, kan
- <option>-h</option> gebruikt worden om het
- console-apparaat van de opstartlader en de kernel om
- te leiden naar de seriële console. Indien vanaf
- de seriële poort opgestart wordt, kan
- <option>-h</option> gebruikt worden om de
- opstartlader en de kernel het videoscherm als console
- te laten gebruiken.</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
-
- <varlistentry>
- <term><option>-D</option></term>
-
- <listitem>
- <para>Wisselt tussen opstellingen met een enkele en een
- dubbele console. In opstellingen met een enkele
- console is de console òfwel de interne console
- (videoscherm) òfwel de seriële poort,
- afhankelijk van bovenstaande optie
- <option>-h</option>. In opstellingen met een dubbele
- console worden zowel het videoscherm als de
- seriële poort tegelijkertijd console, ongeacht
- de toestand van de optie <option>-h</option>. De
- opstelling met een dubbele console heeft alleen
- effect als het opstartblok draait. Zodra de
- opstartlader het overneemt, wordt de console die met
- de optie <option>-h</option> gespecificeerd is de
- enige console.</para>
- </listitem>
- </varlistentry>
-
- <varlistentry>
- <term><option>-P</option></term>
-
- <listitem>
- <para>Zorgt ervoor dat het opstartblok naar het
- toetsenbord zoekt. Als er geen toetsenbord wordt
- gevonden, worden de opties <option>-D</option> en
- <option>-h</option> automatisch ingesteld.</para>
-
- <note>
- <para>Vanwege ruimtebeperkingen in de huidige versie
- van het opstartblok, is de optie
- <option>-P</option> alleen in staat om uitgebreide
- toetsenborden te detecteren. Toetsenborden met
- minder dan 101 toetsen (en zonder de toetsen F11 en
- F12) worden mogelijk niet gedetecteerd.
- Toetsenborden op sommige laptops worden vanwege
- deze beperking mogelijk niet correct gevonden.
- Indien dit het geval is met een systeem, vermijd
- dan de optie <option>-P</option>. Helaas is er
- geen mogelijkheid om dit probleem te
- omzeilen.</para>
- </note>
- </listitem>
- </varlistentry>
- </variablelist>
-
- <para>Gebruik om de console automatisch te selecteren
- òfwel de optie <option>-P</option> òfwel de
- optie <option>-h</option> om de seriële console te
- activeren.</para>
-
- <para>De andere opties beschreven in &man.boot.8; kunnen ook
- gebruikt worden.</para>
-
- <para>De opties, behalve <option>-P</option>, worden aan de
- opstartlader (<filename>/boot/loader</filename>
- doorgegeven. De opstartlader bepaalt of de interne
- videopoort of de seriële poort de console wordt door
- enkel naar de toestand van de optie <option>-h</option> te
- kijken. Dit betekent dat als de optie <option>-D</option>,
- maar niet de optie <option>-h</option> in
- <filename>/boot.config</filename> gespecificeerd wordt, de
- seriële poort alleen tijdens het opstartblok als
- console gebruikt kan worden, de opstartlader gebruikt het
- interne videoscherm als console.</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Start de machine op.</para>
-
- <para>Als &os; gestart wordt, tonen de opstartblokken de
- inhoud van <filename>/boot.config</filename> op de
- console. Bijvoorbeeld:</para>
-
- <screen>/boot.config: -P
-Keyboard: no</screen>
-
- <para>De tweede regel verschijnt alleen als
- <option>-P</option> in <filename>/boot.config</filename>
- staat en aangegeven wordt of het toetsenbord aanwezig of
- afwezig is. Deze berichten gaan of naar de seriële of
- interne console of naar beide, afhankelijk van de optie in
- <filename>/boot.config</filename>.</para>
-
- <informaltable frame="none" pgwide="1">
- <tgroup cols="2">
- <thead>
- <row>
- <entry>Opties</entry>
-
- <entry>Bericht gaat naar</entry>
- </row>
- </thead>
-
- <tbody>
- <row>
- <entry>geen</entry>
-
- <entry>interne console</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-h</option></entry>
-
- <entry>seriële console</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-D</option></entry>
-
- <entry>seriële en interne consoles</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-Dh</option></entry>
-
- <entry>seriële en interne consoles</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-P</option>, toetsenbord aanwezig</entry>
-
- <entry>interne console</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-P</option>, toetsenbord afwezig</entry>
-
- <entry>seriële console</entry>
- </row>
- </tbody>
- </tgroup>
- </informaltable>
-
- <para>Na de bovenstaande berichten is er een korte pauze
- voordat de opstartblokken doorgaan met het laden van de
- opstartlader en voordat er verdere berichten op de console
- worden afgebeeld. Normaalgesproken hoeven de
- opstartblokken niet onderbroken te worden, maar het kan
- gedaan worden om er zeker van te zijn dat alles goed is
- ingesteld.</para>
-
- <para>Om het opstartproces te onderbreken, kan op elke andere
- toets dan <keycap>Enter</keycap> gedrukt worden. De
- opstartblokken vragen dan om verdere actie. Er verschijnt
- iets als het volgende:</para>
-
- <screen>&gt;&gt; FreeBSD/i386 BOOT
-Default: 0:ad(0,a)/boot/loader
-boot:</screen>
-
- <para>Controleer of de bovenstaande boodschap naar de
- seriële of interne console of beide gaat, naar gelang
- de opties in <filename>/boot.config</filename>. Indien de
- boodschap op de juiste console verschijnt kan op
- <keycap>Enter</keycap> gedrukt worden om het opstartproces
- voort te zetten.</para>
-
- <para>Als de seriële console gewenst is maar de prompt
- niet op de seriële terminal verschijnt, is er iets mis
- met de instellingen. Voer in de tussentijd
- <option>-h</option> in en druk op <keycap>Enter</keycap> of
- <keycap>Return</keycap> (indien mogelijk) om aan het
- opstartblok (en vervolgens de opstartlader en de kernel) te
- vertellen dat de seriële poort console moet worden.
- Controleer als het systeem draait wat er verkeerd
- ging.</para>
- </step>
- </procedure>
-
- <para>Nadat de opstartlader is geladen en het derde stadium van
- het opstartproces bereikt is, kan er nog steeds gewisseld
- worden tussen de interne console en de seriële console
- door de juiste omgevingsvariabelen in de opstartlader in te
- stellen. Zie <xref linkend="serialconsole-loader"/>.</para>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="serialconsole-summary">
- <title>Samenvatting</title>
-
- <para>Hieronder volgt een samenvatting van de verschillende
- instellingen die in deze sectie en de uiteindelijk gekozen
- console beschreven zijn.</para>
-
- <sect3>
- <title>Geval 1: vlaggen ingesteld op 0x10 voor
- <filename>sio</filename></title>
-
- <programlisting>device sio0 at isa? port IO_COM1 flags 0x10 irq 4</programlisting>
-
- <informaltable frame="none" pgwide="1">
- <tgroup cols="4">
- <thead>
- <row>
- <entry align="left">Opties in /boot.config</entry>
-
- <entry align="left">Console tijdens de opstartblokken</entry>
-
- <entry align="left">Console tijdens de opstartlader</entry>
-
- <entry align="left">Console in kernel</entry>
- </row>
- </thead>
-
- <tbody>
- <row>
- <entry>niets</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-h</option></entry>
-
- <entry>serieel</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-D</option></entry>
-
- <entry>serieel en intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-Dh</option></entry>
-
- <entry>serieel en intern</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-P</option>, toetsenbord aanwezig</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-P</option>, toetsenbord afwezig</entry>
-
- <entry>serieel en intern</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
- </tbody>
- </tgroup>
- </informaltable>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title>Geval 2: vlaggen ingesteld op 0x30 voor
- <filename>sio</filename></title>
-
- <programlisting>device sio0 at isa? port IO_COM1 flags 0x30 irq 4</programlisting>
-
- <informaltable frame="none" pgwide="1">
- <tgroup cols="4">
- <thead>
- <row>
- <entry>Opties in /boot.config</entry>
-
- <entry>Console tijdens de opstartblokken</entry>
-
- <entry>Console tijdens de opstartlader</entry>
-
- <entry>Console in kernel</entry>
- </row>
- </thead>
-
- <tbody>
- <row>
- <entry>niets</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-h</option></entry>
-
- <entry>serieel</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-D</option></entry>
-
- <entry>serieel en intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-Dh</option></entry>
-
- <entry>serieel en intern</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-P</option>, toetsenbord aanwezig</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>intern</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
-
- <row>
- <entry><option>-P</option>, toetsenbord afwezig</entry>
-
- <entry>serieel en intern</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
-
- <entry>serieel</entry>
- </row>
- </tbody>
- </tgroup>
- </informaltable>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="serialconsole-tips">
- <title>Tips voor de seriële console</title>
-
- <sect3>
- <title>Een hogere snelheid voor de seriële poort
- instellen</title>
-
- <para>Standaard zijn de instellingen van de seriële poort:
- 9600 baud, 8 bits, geen pariteit, en 1 stopbit. Indien het
- wenselijk is om de snelheid te veranderen, zijn de volgened
- opties beschikbaar:</para>
-
- <itemizedlist>
- <listitem>
- <para>Hercompileer de opstart blokken met
- <varname>BOOT_COMCONSOLE_SPEED</varname> ingesteld op de
- nieuwe console snelheid. Zie <xref linkend="serialconsole-com2"/>
- voor gedetailleerde instructies over het bouwen en
- installeren van nieuwe opstartblokken.</para>
-
- <para>Als de seriële poort anders is gespecificeerd dan
- met <option>-h</option> bij het opstarten, of als de
- seriële console die gebruikt wordt door de kernel
- anders is dan die gebruikt wordt door de opstart blokken,
- dan moet de volgende optie aan het kernel instellingen
- bestand worden toegevoegd en moet de kernel opnieuw
- gecompileerd worden:</para>
-
- <programlisting>options CONSPEED=19200</programlisting>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Gebruik de <option>-S</option> opstartoptie van de
- kernel. De optie <option>-S</option> kan worden
- toegevoegd aan het bestand
- <filename>/boot.config</filename>. Zie de handleiding
- &man.boot.8; voor een beschrijving over hoe opties kunnen
- worden toegevoegd aan <filename>/boot.conf</filename>, en
- welke opties ondersteund worden.</para>
- </listitem>
-
- <listitem>
- <para>Zet de <varname>comconsole_speed</varname> optie in
- het <filename>/boot/loader.conf</filename> bestand.</para>
-
- <para>Deze optie is ervan afhankelijk dat de
- <varname>console</varname>, <varname>boot_serial</varname>
- en <varname>boot_multicons</varname> ingesteld staan in
- <filename>/boot/loader.conf</filename>. Een voorbeeld
- van hoe <varname>comconsole_speed</varname> gebruikt kan
- worden om de console snelheid aan te passen:</para>
-
- <programlisting>boot_multicons="YES"
-boot_serial="YES"
-console_speed="115200"
-console="comconsole,vidconsole"</programlisting>
- </listitem>
- </itemizedlist>
- </sect3>
-
- <sect3 xml:id="serialconsole-com2">
- <title>Een andere seriële poort dan
- <filename>sio0</filename> voor de console
- gebruiken</title>
-
- <para>Het gebruik van een andere poort dan
- <filename>sio</filename> vergt wat hercompileren. Indien
- het gewenst is om een andere seriële poort te gebruiken,
- hercompileer dan de opstartblokken, de opstartlader en de
- kernel als volgt:</para>
-
- <procedure>
- <step>
- <para>De broncode van de kernel moet beschikbaar zijn.
- Zie <xref linkend="updating-upgrading"/>;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Bewerk <filename>/etc/make.conf</filename> en stel
- <literal>BOOT_COMCONSOLE_PORT</literal> in op het adres
- van de te gebruiken poort (0x3F8, 0x2F8, 0x3E8 of 0x2E8).
- Alleen <filename>sio0</filename> tot en met
- <filename>sio3</filename>
- (<filename>COM1</filename> tot en met
- <filename>COM4</filename>) zijn te gebruiken.
- Seriële kaarten met meerdere poorten werken niet.
- Interrupts instellen is niet nodig;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Maak een aangepast kernelinstellingenbestand aan en
- voeg de juiste vlaggen toe voor de te gebruiken
- seriële poort. Als bijvoorbeeld
- <filename>sio1</filename>
- (<filename>COM2</filename>) de console moet
- worden:</para>
-
- <programlisting>device sio1 at isa? port IO_COM2 flags 0x10 irq 3</programlisting>
-
- <para>Alternatief:</para>
-
- <programlisting>device sio1 at isa? port IO_COM2 flags 0x30 irq 3</programlisting>
-
- <para>Stel de consolevlaggen voor de andere seriële
- poorten niet in;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Hercompileer en installeer de opstartblokken en de
- opstartlader:</para>
-
- <screen>&prompt.root; <userinput>cd /sys/boot</userinput>
-&prompt.root; <userinput>make clean</userinput>
-&prompt.root; <userinput>make</userinput>
-&prompt.root; <userinput>make install</userinput></screen>
- </step>
-
- <step>
- <para>Herbouw en installeer de kernel;</para>
- </step>
-
- <step>
- <para>Schrijf de opstartblokken met &man.disklabel.8; naar
- de opstartschijf en start met de nieuwe kernel op.</para>
- </step>
- </procedure>
- </sect3>
-
- <sect3 xml:id="serialconsole-ddb">
- <title>De debugger DDB gebruiken via de seriële
- verbinding</title>
-
- <para>Als het wenselijk is om vanuit de seriële console in
- de kerneldebugger te vallen - nuttig voor diagnose op
- afstand, maar ook gevaarlijk indien een onbedoelde BREAK op
- de seriële poort wordt gegenereerd! - compileer de
- kernel dan met de volgende opties:</para>
-
- <programlisting>options BREAK_TO_DEBUGGER
-options DDB</programlisting>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title>Een aanmeldprompt op de seriële console
- krijgen</title>
-
- <para>Hoewel dit niet nodig is, kan het gewenst zijn om een
- <emphasis>aanmeld</emphasis>prompt over de seriële lijn
- te krijgen, nu het mogelijk is om opstartboodschappen te zien
- en de kerneldebugsessie door de seriële console betreden
- kan worden. Hier volgt hoe het te doen.</para>
-
- <para>Open het bestand <filename>/etc/ttys</filename> met een
- tekstverwerker en zoek de volgende regels:</para>
-
- <programlisting>ttyu0 "/usr/libexec/getty std.9600" unknown off secure
-ttyu1 "/usr/libexec/getty std.9600" unknown off secure
-ttyu2 "/usr/libexec/getty std.9600" unknown off secure
-ttyu3 "/usr/libexec/getty std.9600" unknown off secure</programlisting>
-
- <para><filename>ttyu0</filename> tot en met
- <filename>ttyu3</filename> komen overeen met
- <filename>COM1</filename> tot en met
- <filename>COM4</filename>. Wijzig <literal>off</literal>
- in <literal>on</literal> voor de gewenste poort. Als de
- snelheid van de seriële poort is gewijzigd, wijzig dan
- <literal>std.9600</literal> zodat het met de huidige
- instelling overeenkomt, bijvoorbeeld
- <literal>std.19200</literal>.</para>
-
- <para>Het kan ook wenselijk zijn om het terminaltype te
- wijzigen van <literal>unknown</literal> naar het eigenlijke
- type van de seriële terminal.</para>
-
- <para>Voer <literal>kill -HUP 1</literal> uit na het wijzigen
- van het bestand om de wijzigingen actief te maken.</para>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="serialconsole-loader">
- <title>De console vanuit de opstartlader veranderen</title>
-
- <para>De vorige secties beschreven hoe de seriële console
- ingesteld kan worden door het instellen van het opstartblok.
- Deze sectie toont dat het mogelijk is om de console te
- specificeren door het invoeren van enkele opdrachten en
- omgevingsvariabelen in de opstartlader. Aangezien de
- opstartlader tijdens het derde stadium van het opstartproces
- wordt geactiveerd, na het opstartblok, overheersen de
- instellingen in de opstartlader de instellingen in het
- opstartblok.</para>
-
- <sect3>
- <title>De seriële console instellen</title>
-
- <para>Het is mogelijk om de opstartlader en de kernel gebruik te
- laten maken van de seriële console door slechts
- één regel naar
- <filename>/boot/loader.conf</filename> te schrijven:</para>
-
- <programlisting>console="comconsole"</programlisting>
-
- <para>Dit heeft effect ongeacht de instellingen in het
- opstartblok die in de vorige sectie zijn besproken.</para>
-
- <para>Het is verstandig om bovenstaande regel de eerste regel
- van <filename>/boot/loader.conf</filename> te maken om de
- opstartboodschappen zo vroeg mogelijk op de seriële
- console te kunnen zien.</para>
-
- <para>Evenzo kan de interne videoconsole worden gespecificeerd
- met:</para>
-
- <programlisting>console="vidconsole"</programlisting>
-
- <para>Indien de omgevingsvariabele <envar>console</envar> van
- de opstartlader niet ingesteld wordt, gebruikt de
- opstartlader, en vervolgens de kernel, de console die door de
- optie <option>-h</option> in het opstartblok wordt
- aangegeven.</para>
-
- <para>De console kan worden gespecificeerd in
- <filename>/boot/looader.conf.local</filename> of in
- <filename>/boot/loader.conf</filename>.</para>
-
- <para>Zie &man.loader.conf.5; voor meer informatie.</para>
-
- <note>
- <para>Momenteel heeft de opstartlader een optie die gelijk is
- aan de optie <option>-P</option> van het opstartblok en is
- er geen voorziening om automatisch de interne console en de
- seriële console te selecteren afhankelijk van de
- aanwezigheid van een toetsenbord.</para>
- </note>
- </sect3>
-
- <sect3>
- <title>Een andere seriële poort dan
- <filename>sio</filename> voor de console
- gebruiken</title>
-
- <para>Compileer de opstartlader opnieuw om een andere
- seriële poort dan <filename>sio</filename> voor de
- seriële console te gebruiken. Volg de procedure zoals
- beschreven in <xref linkend="serialconsole-com2"/>.</para>
- </sect3>
- </sect2>
-
- <sect2 xml:id="serialconsole-caveats">
- <title>Valkuilen</title>
-
- <para>De doelstelling van dit stuk is beheerders in staat te
- stellen om toegewijde servers te installeren die geen grafische
- hardware of aangesloten toetsenborden nodig hebben. Hoewel de
- meeste systemen zonder toetsenbord opstarten, zijn er helaas
- aardig wat die niet zonder een grafische adapter opstarten.
- Machines met een AMI BIOS kunnen ingesteld worden om zonder
- grafische adapter op te starten door de instelling
- <quote>graphics adapter</quote> in de CMOS-instellingen te
- wijzigen in <quote>Not installed</quote>.</para>
-
- <para>De meeste systemen ondersteunen deze optie echter niet en
- weigeren om zonder weergavehardware op te starten. Voor deze
- machines is het nodig om een of andere grafische kaart in een
- systeem te laten (zelfs al is het een aftandse monochrome
- kaart) hoewel het niet nodig is om een beeldscherm aan te
- sluiten. Ook kan geprobeerd worden om een AMI BIOS te
- installeren.</para>
- </sect2>
- </sect1>
-</chapter>