&linux; binaire compatibiliteitJimMockGeherstructureerd en delen bijgewerkt door Brian N.HandyOrigineel bijgedragen door RichMurpheyRenéLadanVertaald door Overzicht&os; levert binaire compatibiliteit met verscheidene andere
&unix; achtige besturingssystemen, waaronder &linux;. Op dit
moment kan de vraag gesteld worden waarom &os; nu precies
&linux;-binairen moet kunnen draaien. Het antwoord is dat veel
bedrijven en ontwikkelaars alleen ontwikkelen voor &linux;, omdat
dat het nieuwste hebbeding is in de wereld van
computers. Dat laat &os; gebruikers al zeurend achter bij
diezelfde bedrijven en ontwikkelaars om originele &os; versies
van hun applicaties. Het probleem is dat veel van deze bedrijven
zich niet goed realiseren hoeveel mensen hun product zouden
gebruiken als er ook &os; versies van waren en de meesten blijven
alleen voor &linux; ontwikkelen. Dus wat moet een &os; gebruiker
doen? Hier komt de &linux; binaire compatibiliteit van &os; om
de hoek kijken.In een notendop stelt de compatibiliteit &os; in staat om
rond de 90% van alle &linux; applicaties zonder wijzigingen te
draaien. Dit omvat applicaties zoals
&staroffice;, de &linux; versie van
&netscape;,
&adobe; &acrobat;,
&realplayer;,
&oracle;,
&wordperfect;,
Doom,
Quake en meer. Er wordt zelfs gemeld
dat in sommige gevallen &linux;-binairen beter presteren op &os;
dan op &linux;.Er zijn echter enkele &linux;-specifieke
besturingssysteemeigenschappen die niet door &os; ondersteund
worden. &linux;-binairen werken niet op &os; als ze overvloedig
gebruik maken van &i386; specifieke aanroepen, zoals het
aanzetten van de virtuele 8086 modus.Na het lezen van dit hoofdstuk weet de lezer:Hoe &linux; binaire compatibiliteit op een systeem aan
te zetten;Hoe aanvullende &linux; gedeelde bibliotheken te
installeren;Hoe &linux; applicaties op een &os; systeem te
installeren;De implementatiedetails van &linux; compatibiliteit in
&os;.Aangeraden voorkennis:Hoe extra software van derden te installeren ().InstallatieKLD (kernel loadable object)&linux; binaire compatibiliteit staat standaard niet aan. De
gemakkelijkste manier om deze functionaliteit aan te zetten is
door het linux KLD object (Kernel
LoaDable object) te laden. Deze module kan geladen
worden door het volgende commando als root
uit te voeren:&prompt.root; kldload linuxAls &linux; compatibiliteit altijd aan moet staan, dan moet
de volgende regel aan /etc/rc.conf
toegevoegd worden:linux_enable="YES"Met &man.kldstat.8; kan gecontroleerd worden of de KLD
geladen is:&prompt.user; kldstat
Id Refs Address Size Name
1 2 0xc0100000 16bd8 kernel
7 1 0xc24db000 d000 linux.kokerneloptiesCOMPAT_LINUXAls het om enige reden ongewenst of onmogelijk is de KLD te
laden, dan kan de &linux; binaire compatibiliteit statisch in de
kernel gecompileerd worden door
options COMPAT_LINUX aan het
kernelinstellingenbestand toe te voegen. Daarna kan de nieuwe
kernel zoals beschreven in
geïnstalleerd worden.&linux; runtime bibliotheken installeren&linux;&linux; bibliotheken installerenDit kan op twee manieren gedaan worden: door de linux_base port te
gebruiken of door ze handmatig te
installeren.Installeren uit de linux_base portPortscollectieDit is verreweg de gemakkelijkste weg om te bewandelen om de
runtime bibliotheken te installeren. Het is net als het installeren
van andere ports uit de Portscollectie.
Dit kan met het volgende commando:&prompt.root; cd /usr/ports/emulators/linux_base-f10
&prompt.root; make install distcleanOp &os;-systemen vóór &os; 8.0 dient u de
port emulators/linux_base-fc4 in
plaats van emulators/linux_base-f10 te
gebruiken.Nu is er werkende &linux; binaire compatibiliteit.
Sommige programma's kunnen klagen over onjuiste kleine
versies van de systeembibliotheken. Over het algemeen
schijnt dit echter geen probleem te zijn.Er kunnen verschillende versies van de emulators/linux_base port
beschikbaar zijn, overeenkomend met verschillende versies
van verscheidene &linux; distributies. Het is verstandig
de port te installeren die het meest voldoet aan de eisen
van de &linux; applicaties die geïnstalleerd gaan
worden.Bibliotheken handmatig installerenAls de Portscollectie niet is geïnstalleerd, kunnen
de bibliotheken met de hand geïnstalleerd worden. Om
alles te laten werken moeten de &linux; gedeelde bibliotheken
waarvan het programma afhankelijk is en de runtime linker
geïnstalleerd worden. Ook moet een shadow
root map aangemaakt worden,
/compat/linux, voor &linux; bibliotheken
op een &os; systeem. Elke gedeelde bibliotheek die wordt
geopend door &linux; programma's die op &os; draaien, kijken
eerst in deze boomstructuur. Dus als een &linux; programma
bijvoorbeeld /lib/libc.so laadt,
probeert &os; eerst
/compat/linux/lib/libc.so te openen, en
als die niet bestaat, probeert het
/lib/libc.so proberen. Gedeelde
bibliotheken moeten in de schaduwmapstructuur
geïnstalleerd worden in plaats van in de paden die het
&linux; ld.so rapporteert.In het algemeen geldt dat alleen de eerste paar keer
dat een &linux; binary wordt geïnstalleerd op een &os;
systeem naar de gedeelde bibliotheken gezocht wordt waar
&linux;-binairen van afhankelijk zijn. Na een tijd is de
verzameling van &linux; gedeelde bibliotheken op een systeem
voldoende groot om nieuw geïmporteerde &linux;-binairen
te kunnen draaien zonder enig extra werk.Extra gedeelde bibliotheken installerengedeelde bibliothekenWat als de linux_base port is
geïnstalleerd en een applicatie nog steeds klaagt over
ontbrekende gedeelde bibliotheken? Op zich zijn er twee
mogelijkheden (voor het opvolgen van deze instructies zijn
root rechten op een &os; systeem
vereist).Als er toegang is tot een &linux; systeem kan gekeken
worden welke gedeelde bibliotheken de applicatie nodig heeft
en kunnen ze gekopieerd worden naar het &os; systeem. Dit
wordt toegelicht in het volgende voorbeeld:Stel dat FTP gebruikt is om de &linux; binary van
Doom op te halen en die op een
&linux; systeem staat waar toegang tot is. Dan kan met
ldd linuxdoom gecontroleerd worden welke
gedeelde bibliotheken er nodig zijn:&prompt.user; ldd linuxdoom
libXt.so.3 (DLL Jump 3.1) => /usr/X11/lib/libXt.so.3.1.0
libX11.so.3 (DLL Jump 3.1) => /usr/X11/lib/libX11.so.3.1.0
libc.so.4 (DLL Jump 4.5pl26) => /lib/libc.so.4.6.29symbolische linksAlle bestanden uit de laatste kolom zijn nodig en
moeten onder /compat/linux komen te
staat en de namen uit de eerste kolom moeten er als
symbolische links naar verwijzen. Dit betekent dat
uiteindelijk deze bestanden op een &os; systeem
staan:/compat/linux/usr/X11/lib/libXt.so.3.1.0
/compat/linux/usr/X11/lib/libXt.so.3 -> libXt.so.3.1.0
/compat/linux/usr/X11/lib/libX11.so.3.1.0
/compat/linux/usr/X11/lib/libX11.so.3 -> libX11.so.3.1.0
/compat/linux/lib/libc.so.4.6.29
/compat/linux/lib/libc.so.4 -> libc.so.4.6.29
Als er al een &linux; gedeelde bibliotheek met een
groot revisienummer overeenstemmend met de eerste kolom
van de ldd uitvoer is, dan hoeft het
bestand uit de laatste kolom niet naar een systeem
gekopieerd te worden. Het bestand dat er al staat moet
werken. Het is aan te raden om de gedeelde bibliotheek
sowieso te kopiëren als het een nieuwere versie
is. De oude kan verwijderd worden, zolang de
symbolische link maar naar de nieuwe wijst. Dus als
deze bibliotheken op een systeem staan:/compat/linux/lib/libc.so.4.6.27
/compat/linux/lib/libc.so.4 -> libc.so.4.6.27en een nieuwe binary zegt een latere versie nodig
te hebben volgens de uitvoer van
ldd:libc.so.4 (DLL Jump 4.5pl26) -> libc.so.4.6.29Als slechts één of twee versies
verouderd zijn in het laatste cijfer, dan hoeft
/lib/libc.so.4.6.29 niet
gekopieerd te worden, omdat het programma goed moet
werken met de ietwat oudere versie. Als er echter
behoefte aan is, kan besloten worden om
libc.so sowieso te verplaatsen,
en dat resulteert in:/compat/linux/lib/libc.so.4.6.29
/compat/linux/libc.so.4 -> lbic.so.4.6.29
Het symbolische linkmechanisme is
alleen nodig voor
&linux;-binairen. De &os; runtime linker zorgt zelf
voor het kijken naar passende grote revisienummers en
daar hoeft geen zorg over te bestaan.
&linux; ELF-binairen installeren&linux;ELF-binairenELF-binairen hebben soms een extra stap van
branding nodig. Als er ongemerkte ELF-binairen
worden gedraaid, ontstaat er een foutmelding zoals de
volgende:&prompt.user; ./mijn-linux-elf-binary
ELF binary type not known
AbortOm de &os; kernel te helpen &os; ELF-binairen en &linux;
binairen uit elkaar te houden, kan &man.brandelf.1; gebruikt
worden.&prompt.user; brandelf -t Linux mijn-linux-elf-binaryGNU gereedschapskistDe GNU gereedschapskist plaatst nu automatisch de juiste
merkinformatie in ELF-binairen , dus deze stap zou steeds
overbodiger moeten worden in de toekomst.Een willekeurige toepassing gebaseerd op Linux RPM
installeren&os; heeft zijn eigen pakketdatabase die wordt gebruikt om alle
ports te volgen (ook &linux; ports). De &linux; RPM-database wordt dus
niet gebruikt (noch ondersteund).Als u echter een willekeurige toepassing die op &linux; RPM is
gebaseerd moet installeren kan dit bereikt worden met:&prompt.root; cd /compat/linux
&prompt.root; rpm2cpio -q < /pad/naar/linux.archief.rpm | cpio -idDraai daarna brandelf op de geïnstalleerde ELF-binairen (niet
de bibliotheken!). Een schone deïnstallatie is niet mogelijk, maar
het kan helpen met testen.De hostnaamresolver instellenresolv+: "bind" is an invalid keyword resolv+:
"hosts" is an invalid keywordAls DNS niet werkt of de bovenstaande melding ontstaat, dan
moet /compat/linux/etc/host.conf ingesteld
worden met daarin:order hosts, bind
multi onDe volgorde geeft aan dat /etc/hosts
als eerste doorzocht wordt en DNS als tweede. Als
/compat/linux/etc/host.conf niet
geïnstalleerd is, vinden &linux; applicaties
/etc/host.conf van &os; en klagen ze over
de incompatibele &os; syntaxis. bind moet
verwijderd worden als er geen naamserver is ingesteld die
gebruik maakt van /etc/resolv.conf.&mathematica; installerenBorisHollasBijgewerkt voor Mathematica 5.X door applicaties&mathematica;Dit document beschrijft het installatieproces van de &linux;
versie van &mathematica; 5.X op een
&os; systeem.De &linux; versie van &mathematica;
of &mathematica; for Students kan
direct bij Wolfram besteld worden op http://www.wolfram.com/.De &mathematica; Installer draaienTen eerste dient &os; te weten dat de Linux-binairen van
&mathematica; de Linux ABI gebruiken.
De gemakkelijkste manier om dit te doen is om het standaard
ELF-merk op Linux te zetten voor alle ongemerkte binairen met
het commando:&prompt.root; sysctl kern.fallback_elf_brand=3Dit laat &os; aannemen dat alle ongemerkte ELF-binairen de
Linux ABI gebruiken en dus zou de installer rechtstreeks van
de CD-ROM moeten kunnen draaien.Kopieer nu het bestand MathInstaller
naar de harde schijf:&prompt.root; mount /cdrom
&prompt.root; cp /cdrom/Unix/Installers/Linux/MathInstaller /localdir/Vervang binnen dit bestand /bin/sh op de
eerste regel door /compat/linux/bin/sh. Dit
zorgt ervoor dat de installer door de Linux-versie van
&man.sh.1; wordt uitgevoerd. Vervang vervolgens met een
tekstverwerker of het onderstaande script in de volgende sectie
alle voorkomens van Linux) door
FreeBSD). Dit zorgt ervoor dat de
&mathematica; installer, dat
uname -s gebruikt om het besturingssysteem te
bepalen, om &os; als een Linux-achtig besturingssysteem te
behandelen. Het aanroepen van MathInstaller
zal nu &mathematica; installeren.De &mathematica;-executables wijzigenDe shellscripts die &mathematica;
aanmaakte tijdens de installatie moeten gewijzigd worden voordat
u ze kunt gebruiken. Als u /usr/local/bin kiest als de map
om &mathematica;-executables in te
plaatsen, zult u in deze map symbolische links naar bestanden
genaamd math,
mathematica,
Mathematica, en
MathKernel aantreffen. Vervang met een
tekstverwerker of het volgende shellscript in elk van
deze Linux) door &os;:#!/bin/sh
cd /usr/local/bin
for i in math mathematica Mathematica MathKernel
do sed 's/Linux)/FreeBSD)/g' $i > $i.tmp
sed 's/\/bin\/sh/\/compat\/linux\/bin\/sh/g' $i.tmp > $i
rm $i.tmp
chmod a+x $i
done&mathematica; wachtwoord opvragenEthernetMAC-adresWanneer u &mathematica; voor de
eerste keer start, zal u om een wachtwoord gevraagd worden. Als
u nog geen wachtwoord van Wolfram heeft verkregen, draait u het
programma mathinfo in de installatiemap om uw
machine-ID te verkrijgen. Dit machine-ID is
alleen op het MAC-adres van uw eerste Ethernetkaart gebaseerd,
zodat u uw kopie van &mathematica;
niet op andere machines kunt draaien.Bij een registratie bij Wolfram, per email, telefoon of
fax, wordt het machine ID opgegeven en zij
reageren met een overeenkomstig wachtwoord dat uit groepen
getallen bestaat.Het &mathematica; frontend over een netwerk
draaien&mathematica; gebruikt enkele
speciale lettertypen om tekens af te beelden die niet aanwezig
zijn in een standaard lettertypeverzameling (integralen,
sommen, Griekse letters, enzovoort). Het X-protocol vereist
dat deze lettertypen lokaal worden
geïnstalleerd. Dit betekent dat deze lettertypen
gekopieerd moeten worden vanaf de CD-ROM of vanaf een host met
&mathematica; erop naar de lokale
machine. Deze lettertypen worden meestal opgeslagen in
/cdrom/Unix/Files/SystemFiles/Fonts op de
CD-ROM of in
/usr/local/mathematica/SystemFiles/Fonts
op de harde schijf. De eigenlijke lettertypen staan in de
submap Type1 en X.
Er zijn verschillende manieren om ze te installeren, zoals
hieronder staat beschreven.De eerste manier is om ze te kopiëren in
één van de bestaande lettertypenmappen in
/usr/X11R6/lib/X11/fonts. Hiertoe dient
fonts.dir bewerkt te worden door de namen
van de lettertypen eraan toe te voegen het aantal lettertypen
op de eerste regel te veranderen. Als alternatief kan ook
eenvoudig &man.mkfontdir.1; in de map gedraaid worden waar de
lettertypen heen zijn gekopieerd.De tweede manier om dit te doen is door de mappen naar
/usr/X11R6/lib/X11/fonts te
kopiëren:&prompt.root; cd /usr/X11R6/lib/X11/fonts
&prompt.root; mkdir X
&prompt.root; mkdir MathType1
&prompt.root; cd /cdrom/Unix/Files/SystemFiles/Fonts
&prompt.root; cp X/* /usr/X11R6/lib/X11/fonts/X
&prompt.root; cp Type1/* /usr/X11R6/lib/X11/fonts/MathType1
&prompt.root; cd /usr/X11R6/lib/X11/fonts/X
&prompt.root; mkfontdir
&prompt.root; cd ../MathType1
&prompt.root; mkfontdirVoeg nu de nieuwe lettertypenmappen toe aan het
lettertypenpad:&prompt.root; xset fp+ /usr/X11R6/lib/X11/fonts/X
&prompt.root; xset fp+ /usr/X11R6/lib/X11/fonts/MathType1
&prompt.root; xset fp rehashAls de &xorg; server gebruikt
wordt, kunnen deze lettertypenmappen automatisch geladen worden
door ze aan xorg.conf toe te
voegen.lettertypenAls er nog geen map
/usr/X11R6/lib/X11/fonts/Type1 bestaat,
kan de naam van de map MathType1 in het
bovenstaande voorbeeld veranderd worden naar
Type1.&maple; installerenAaronKaplanBijgedragen door RobertGetschmannMet dank aan applicatiesMaple&maple; is een commercieel
wiskundeprogramma vergelijkbaar met
&mathematica;. De software is te koop
op http://www.maplesoft.com/ en kan daar
ook geregistreerd worden voor een licentiebestand. Om deze
software op &os; te installeren kunnen de volgende eenvoudige
stappen gevolgd worden:Voer het INSTALL> shellscript
uit van de productdistributie. Kies de RedHat
optie als daarom wordt gevraagd door het
installatieprogramma. Een typische installatiemap zou
/usr/local/maple
zijn.Bestel, als dat nog niet gedaan is, een licentie voor
&maple; van Maple Waterloo
Software (http://register.maplesoft.com/) en kopieer
deze naar
/usr/local/maple/license/license.dat.Installeer de FLEXlm
licentiebeheerder met het installatieshellscript
INSTALL_LIC, dat geleverd wordt bij
&maple;. Stel de primaire
hostnaam voor de machine in voor de licentieserver.Patch het bestand
/usr/local/maple/bin/maple.system.type
met het volgende: ----- knip ------------------
*** maple.system.type.orig Sun Jul 8 16:35:33 2001
--- maple.system.type Sun Jul 8 16:35:51 2001
***************
*** 72,77 ****
--- 72,78 ----
# the IBM RS/6000 AIX case
MAPLE_BIN="bin.IBM_RISC_UNIX"
;;
+ "FreeBSD"|\
"Linux")
# the Linux/x86 case
# We have two Linux implementations, one for Red Hat and
----- knip einde van patch -----Achter "FreeBSD"| mogen geen verdere
witvelden staan.Deze patch instrueert &maple;
om &os; als een &linux; systeem te herkennen.
Het shellscript bin/maple roept het
shellscript bin/maple.system.type aan,
dat op zijn beurt uname -a aanroept om
achter de naam van het besturingssysteem te komen.
Afhankelijk van de naam van het besturingssysteem zoekt het
uit welke binairen het moet gebruiken.Start de licentieserver.Het volgende script, geïnstalleerd als
/usr/local/etc/rc.d/lmgrd, is een
gemakkelijke manier om lmgrd op te
starten: ----- knip ------------
#! /bin/sh
PATH=/usr/local/sbin:/usr/local/bin:/sbin:/bin:/usr/sbin:/usr/bin:/usr/X11R6/bin
PATH=${PATH}:/usr/local/maple/bin:/usr/local/maple/FLEXlm/UNIX/LINUX
export PATH
LICENSE_FILE=/usr/local/maple/license/license.dat
LOG=/var/log/lmgrd.log
case "$1" in
start)
lmgrd -c ${LICENSE_FILE} 2>> ${LOG} 1>&2
echo -n " lmgrd"
;;
stop)
lmgrd -c ${LICENSE_FILE} -x lmdown 2>> ${LOG} 1>&2
;;
*)
echo "Usage: `basename $0` {start|stop}" 1>&2
exit 64
;;
esac
exit 0
----- knip ------------&maple; testen:&prompt.user; cd /usr/local/maple/bin
&prompt.user; ./xmapleNu hoort het programma te draaien. Het is belangrijk om
Maplesoft te schrijven om ze te laten weten dat een echte
&os; versie gewenst is!Gemeenschappelijke verborgen gevarenDe FLEXlm
licentiebeheerder kan een lastig programma zijn om mee te
werken. Aanvullende documentatie staat op http://www.globetrotter.com/.lmgrd staat er bekend om erg
kieskeurig over het licentiebestand te zijn en core te
dumpen als er een probleem is. Een correct licentiebestand
ziet er zo uit:# =======================================================
# License File for UNIX Installations ("Pointer File")
# =======================================================
SERVER chillig ANY
#USE_SERVER
VENDOR maplelmg
FEATURE Maple maplelmg 2000.0831 permanent 1 XXXXXXXXXXXX \
PLATFORMS=i86_r ISSUER="Waterloo Maple Inc." \
ISSUED=11-may-2000 NOTICE=" Technische Universitat Wien" \
SN=XXXXXXXXXHet serienummer en de sleutel zijn vervangen door
X'en. chillig is de
hostnaam.Het bewerken van het licentiebestand lukt zolang de
regel FEATURE niet verandert (die
beschermd is door de licentiesleutel).&matlab; installerenDanPellegBijgedragen door applicaties&matlab;Dit document beschrijft het installatieproces van de &linux;
versie van &matlab; 6.5 op een &os;
systeem. Het werkt best goed, met uitzondering van de
&java.virtual.machine; (zie ).De &linux; versie van &matlab; kan
besteld worden bij The MathWorks op http://www.mathworks.com. Er dient ook een
licentiebestand of instructies hoe dat te maken te zijn. Het is
belangrijk om Maplesoft te schrijven om ze te laten weten dat een
echte &os; versie gewenst is!&matlab; installerenOm &matlab; te
installeren:Laad de installatie-CD-ROM en koppel die aan. Start het
installatiescript als root:&prompt.root; /compat/linux/bin/sh /cdrom/installHet is een grafisch installatieprogramma. Als er
foutmeldingen verschijnen dat het programma geen scherm
kan openen, kan setenv HOME
~GEBRUIKER
uitgevoerd worden, waar
GEBRUIKER de gebruiker is
waarmee &man.su.1; is gedaan.Als om de &matlab; rootmap
wordt gevraagd, dient
/compat/linux/usr/local/matlab
opgegeven te worden.Voer op de commandoregel het volgende uit om de
rest van het installatieproces gemakkelijk te houden:
set
MATLAB=/compat/linux/usr/local/matlab.Wijzig het licentiebestand zoals aangegeven tijdens het
verkrijgen van de licentie voor
&matlab;.Dit bestand kan van tevoren gemaakt worden met een
tekstverwerker en door het te kopiëren naar
$MATLAB/license.dat voordat het
installatieprogramma vraagt om het te bewerken.Maak het installatieproces af.Nu is de installatie van
&matlab; compleet. De volgende
stappen lijmen het aan het &os; systeem.Licentiebeheerder startenMaak symbolische links voor de scriptbestanden van de
licentiebeheerder:&prompt.root; ln -s $MATLAB/etc/lmboot /usr/local/etc/lmboot_TMW
&prompt.root; ln -s $MATLAB/etc/lmdown /usr/local/etc/lmdown_TMWMaak een opstartbestand in
/usr/local/etc/rc.d/flexlm.
Onderstaand voorbeeld is een gewijzigde versie van het
meegeleverde $MATLAB/etc/rc.lm.glnx86.
De wijzigingen omvatten bestandslocaties en het starten
van de licentiebeheerder onder &linux;-emulatie.#!/bin/sh
case "$1" in
start)
if [ -f /usr/local/etc/lmboot_TMW ]; then
/compat/linux/bin/sh /usr/local/etc/lmboot_TMW -u gebruikersnaam && echo 'MATLAB_lmgrd'
fi
;;
stop)
if [ -f /usr/local/etc/lmdown_TMW ]; then
/compat/linux/bin/sh /usr/local/etc/lmdown_TMW > /dev/null 2>&1
fi
;;
*)
echo "Usage: $0 {start|stop}"
exit 1
;;
esac
exit 0Het bestand moet uitvoerbaar zijn:&prompt.root; chmod +x /usr/local/etc/rc.d/flexlmOok moet bovenstaande
gebruikersnaam vervangen
worden door een geldige gebruikersnaam op het systeem
(maar niet door root).Start de licentiebeheerder op met het commando:&prompt.root; service flexlm startDe &java; runtime-omgeving linkenVerander de &java; Runtime
Environment Link naar een die werkt op &os;:&prompt.root; cd $MATLAB/sys/java/jre/glnx86
&prompt.root; unlink jre; ln -s ./jre1.1.8 ./jre&matlab; opstartscript makenPlaats het volgende startscript in
/usr/local/bin/matlab:#!/bin/sh
/compat/linux/bin/sh /compat/linux/usr/local/matlab/bin/matlab "$@"Geef vervolgens het commando
chmod +x /usr/local/bin/matlab.Afhankelijk van de versie van emulators/linux_base, kunnen er
fouten optreden als dit script draait. Om dat te voorkomen,
dient in
/compat/linux/usr/local/matlab/bin/matlab
de regel:if [ `expr "$lscmd" : '.*->.*'` -ne 0 ]; then(in versie 13.0.1 staat dit op regel 410) veranderd te
worden in:if test -L $newbase; then&matlab; afsluitscript makenHet volgende is nodig om een probleem op te lossen dat
samenhangt met het onjuist afsluiten van &matlab;.Maak het bestand
$MATLAB/toolbox/local/finish.m dat
alleen de volgende regel bevat:! $MATLAB/bin/finish.sh$MATLAB$ is hier letterlijk
bedoeld.In dezelfde map staan de bestanden
finishsav.m en
finishdlg.m, die de mogelijkheid
geven om de werkomgeving te bewaren vóór
het afsluiten. Als één van deze scripts
gebruikt wordt, dient de bovenstaande regel direct na het
commando save ingevoegd te
worden.Maak het bestand
$MATLAB/bin/finish.sh, dat het
volgende bevat:#!/compat/linux/bin/sh
(sleep 5; killall -1 matlab_helper) &
exit 0Maak het bestand uitvoerbaar:&prompt.root; chmod +x $MATLAB/bin/finish.sh&matlab; gebruikenNu kan met matlab het programma gestart
worden.&oracle; installerenMarcelMoolenaarBijgedragen door applicatiesOracleVoorwoordHieronder wordt het installatieproces van
&oracle; 8.0.5 en
&oracle; 8.0.5.1 Enterprise
Edition voor &linux; op een &os;-machine
beschreven.De &linux;-omgeving installerenUit de Portscollectie dienen emulators/linux_base en devel/linux_devtools
geïnstalleerd te zijn. Als er problemen zijn met deze
ports, kan het zijn dat de pakketten of oudere versies uit de
Portscollectie gebruikt moeten worden.Om de intelligente agent te draaien, moet ook het Red Hat
Tcl package geïnstalleerd worden:
tcl-8.0.3-20.i386.rpm. Het algemene
commando om pakketten te installeren met de officiële
RPM port (archivers/rpm) is:&prompt.root; rpm -i --ignoreos --root /compat/linux --dbpath /var/lib/rpm packageDe installatie van het package
hoort foutloos te verlopen.De &oracle;-omgeving creërenVoordat &oracle;
geïnstalleerd kan worden, moet een juiste omgeving
opgezet worden. Dit document beschrijft alleen welke
speciale dingen gedaan moeten worden om
&oracle; voor &linux; op &os; te
draaien, en niet wat beschreven staat in de
&oracle;
installatiehandleiding.KerneloptimalisatiekerneloptimalisatieZoals beschreven staat in de
&oracle; installatiehandleiding
moet de maximale grootte van het gedeelde geheugen ingesteld
worden. Op &os; moet SHMMAX niet gebruikt
worden. SHMMAX wordt slechts uit
SHMMAXPGS en PGSIZE
berekend. Daarom dient SHMMAXPGS
gedefinieerd te worden. Alle andere opties kunnen gebruikt
worden zoals in de handleiding staat beschreven.
Bijvoorbeeld:options SHMMAXPGS=10000
options SHMMNI=100
options SHMSEG=10
options SEMMNS=200
options SEMMNI=70
options SEMMSL=61Deze opties kunnen naargelang het gebruik van
&oracle; ingesteld worden.Ook de volgende opties dienen in het
kernelinstellingenbestand te staan:options SYSVSHM #SysV gedeeld geheugen
options SYSVSEM #SysV semaforen
options SYSVMSG #SysV interprocescommunicatie&oracle; accountCreeër een oracle account op
dezelfde manier als elk ander account. Het
oracle account is alleen bijzonder in
het opzicht dat het een &linux; shell moet hebben. Dat kan
door /compat/linux/bin/bash toe te voegen
aan /etc/shells en de shell voor het
oracle account in te stellen op
/compat/linux/bin/bash.OmgevingNaast de normale &oracle;
variabelen als ORACLE_HOME en
ORACLE_SID moeten de volgende
omgevingsvariabelen ingesteld worden:VariabeleWaardeLD_LIBRARY_PATH$ORACLE_HOME/libCLASSPATH$ORACLE_HOME/jdbc/lib/classes111.zipPATH/compat/linux/bin;
/compat/linux/sbin;
/compat/linux/usr/bin;
/compat/linux/usr/sbin;
/bin;
/sbin;
/usr/bin;
/usr/sbin;
/usr/local/bin;
$ORACLE_HOME/binHet is aan te raden om alle omgevingsvariabelen in
.profile in te stellen. Een volledig
voorbeeld is:ORACLE_BASE=/oracle; export ORACLE_BASE
ORACLE_HOME=/oracle; export ORACLE_HOME
LD_LIBRARY_PATH=$ORACLE_HOME/lib
export LD_LIBRARY_PATH
ORACLE_SID=ORCL; export ORACLE_SID
ORACLE_TERM=386x; export ORACLE_TERM
CLASSPATH=$ORACLE_HOME/jdbc/lib/classes111.zip
export CLASSPATH
PATH=/compat/linux/bin:/compat/linux/sbin:/compat/linux/usr/bin
PATH=$PATH:/compat/linux/usr/sbin:/bin:/sbin:/usr/bin:/usr/sbin
PATH=$PATH:/usr/local/bin:$ORACLE_HOME/bin
export PATH&oracle; installerenWegens een kleine inconsistentie in de &linux; emulator
moet de map .oracle aangemaakt worden
in /var/tmp voordat het
installatieprogramma wordt gestart. De gebruiker
oracle moet de eigenaar van deze map
zijn. Nu hoort &oracle; zonder
problemen te installeren. Bij problemen dienen eerst de
&oracle; distributie en/of de
instellingen gecontroleerd te worden! Nadat
&oracle; is geïnstalleerd,
moeten de patches uit de volgende twee secties
geïnstalleerd worden.Een veelvoorkomend probleem is dat de adapter voor het
TCP-protocol niet goed is geïnstalleerd. De consequentie
daarvan is dat er geen TCP-listeners gestart kunnen worden. De
volgende acties helpen om dit probleem op te lossen:&prompt.root; cd $ORACLE_HOME/network/lib
&prompt.root; make -f ins_network.mk ntcontab.o
&prompt.root; cd $ORACLE_HOME/lib
&prompt.root; ar r libnetwork.a ntcontab.o
&prompt.root; cd $ORACLE_HOME/network/lib
&prompt.root; make -f ins_network.mk installHierna dient root.sh nogmaals te
draaien!root.sh patchenAls &oracle;
geïnstalleerd wordt, worden sommige acties die als
root moeten worden uitgevoerd
geregistreerd in een shellscript met de naam
root.sh. Dit script komt in de map
orainst te staan. De volgende patch
dient uitgevoerd te worden op root.sh om
het de juiste locatie van chown te laten
gebruiken of als alternatief kan het script onder een
originele &linux; shell gedraaid worden*** orainst/root.sh.orig Tue Oct 6 21:57:33 1998
--- orainst/root.sh Mon Dec 28 15:58:53 1998
***************
*** 31,37 ****
# This is the default value for CHOWN
# It will redefined later in this script for those ports
# which have it conditionally defined in ss_install.h
! CHOWN=/bin/chown
#
# Define variables to be used in this script
--- 31,37 ----
# This is the default value for CHOWN
# It will redefined later in this script for those ports
# which have it conditionally defined in ss_install.h
! CHOWN=/usr/sbin/chown
#
# Define variables to be used in this scriptAls &oracle; niet vanaf
een CD-ROM wordt geïnstalleerd, kan de broncode van
root.sh aangepast worden. Die heet
rthd.sh en staat in de map
orainst in de broncodestructuur.genclntsh patchenHet script genclntsh wordt gebruikt om
é´n enkele gedeelde bibliotheek voor de
cliënt aan te maken. Het wordt gebruikt tijdens het
maken van de demonstraties. Met de volgende patch wordt de
definitie van PATH uitgecommentarieerd:*** bin/genclntsh.orig Wed Sep 30 07:37:19 1998
--- bin/genclntsh Tue Dec 22 15:36:49 1998
***************
*** 32,38 ****
#
# Explicit path to ensure that we're using the correct commands
#PATH=/usr/bin:/usr/ccs/bin export PATH
! PATH=/usr/local/bin:/bin:/usr/bin:/usr/X11R6/bin export PATH
#
# each product MUST provide a $PRODUCT/admin/shrept.lst
--- 32,38 ----
#
# Explicit path to ensure that we're using the correct commands
#PATH=/usr/bin:/usr/ccs/bin export PATH
! #PATH=/usr/local/bin:/bin:/usr/bin:/usr/X11R6/bin export PATH
#
# each product MUST provide a $PRODUCT/admin/shrept.lst&oracle; draaienAls de instructies worden gevolgd, draait
&oracle; als op &linux; zelf.Gevorderde onderwerpenHier wordt beschreven hoe de &linux; binaire compatibiliteit
werkt. Het meeste van wat nu volgt is sterk gebaseerd op een
e-mailbericht van Terry Lambert
tlambert@primenet.com aan &a.chat; (Message ID:
<199906020108.SAA07001@usr09.primenet.com>).Hoe werkt het?uitvoerklasselader&os; heeft een abstractie met de naam execution
class loader. Dit is een wig in de systeemaanroep
&man.execve.2;.Wat er gebeurt is dat &os; een lijst van loaders heeft, in
plaats van een enkele loader die terugvalt op de
#! loader voor het draaien van elke
shellinterpreter of shellscript.Vroeger onderzocht de enige loader op het &unix; platform
het magische getal (in het algemeen de eerste 4 of 8 bytes van
het bestand) om te zien of het een binary was die het systeem
kende en als dat het geval was laadde het de binaire
loader.Als het niet het binaire type voor het systeem was, faalde
de aanroep naar &man.execve.2; en probeerde de shell het als
shellopdrachten uit te voeren.Deze aanname was een standaard voor wat de huidige
shell ook is.Later werd er een hack gemaakt voor &man.sh.1; om de eerste
twee tekens te onderzoeken en als die bestonden uit
:\n voerde het in plaats hiervan de
&man.csh.1; shell uit (het idee is dat SCO de hack als eerste
maakte).Wat &os; nu doet is door een lijst van loaders gaan
met een generieke #! loader die kennis heeft
van interpreters in de zin van de karakters die volgen op de
volgende witruimte tot de laatste, met uiteindelijk een
terugval op /bin/sh.ELFVoor &linux; ABI-ondersteuning ziet &os; het magische getal
als een ELF-binary (het maakt op dit punt geen onderscheid
tussen &os;, &solaris;, &linux; of elk ander besturingssysteem
dat een ELF-beeldtype heeft).&solaris;De ELF loader zoekt naar een gespecialiseerd
merk, dat een commentaargedeelte in het
ELF-beeld is en dat niet aanwezig is in SVR4/&solaris;
ELF-binairen.Om &linux;-binairen werkend te krijgen, moeten ze
gemerkt worden als het type
Linux met &man.brandelf.1;:&prompt.root; brandelf -t Linux bestandAls dit gedaan is, ziet de ELF loader het
Linux-merk in het bestand.ELFmerkenAls de ELF loader het Linux-merk
tegenkomt, verplaatst de loader een pointer in de
proc-structuur. Alle systeemaanroepen
worden met deze pointer geïndexeerd (in een traditioneel
&unix; systeem is dit de
sysent[]-structuurarray, die de
systeemaanroepen bevat). Ook wordt het proces gemerkt voor
speciale behandeling door de valstrikvector van de
signaal-trampolinecode samen met nog meer (kleine) aanpassingen
die door de &linux; kernelmodule worden afgehandeld.De &linux; kernelmodule bevat naast andere dingen een lijst
van sysent[]-ingangen waarvan de adressen
in de kernelmodule staan.Als een systeemaanroep door de &linux;-binary wordt
aangeroepen, verwijdert de valstrikcode de referentie aan de
functiepointer van de systeemaanroep en geeft die de
ingangspunten van de systeemaanroep van &linux; en niet van
&os;.Verder reroot de &linux;-modus
dynamisch lookups. Dit is wat de optie
(niet het unionfs
bestandssysteemtype!) voor het aankoppelen van bestandssystemen
effectief doet. Eerst wordt een poging gedaan om het bestand
in de map
/compat/linux/origineel-pad
op te zoeken en vervolgens alleen als dat
mislukt, wordt het bestand in
/origineel-pad
opgezocht. Dit zorgt ervoor dat binairen die andere binairen
nodig hebben kunnen draaien (zo kan bijvoorbeeld de
&linux;-gereedschapskist geheel onder &linux; ABI-ondersteuning
draaien). Dit betekent ook dat &linux;-binairen &os;-binairen
kunnen laden en draaien als er geen overeenkomende
&linux;-binairen zijn en dat er een &man.uname.1;-opdracht in
de mappenstructuur /compat/linux gezet kan
worden om er zeker van te zijn dat &linux;-binairen niet kunnen
weten dat ze niet op &linux; draaien.Effectief bevindt er zich een &linux;-kernel in de
&os;-kernel. De verschillende onderliggende functies die alle
functies implementeren die de kernel aanbiedt, zijn dezelfde
tabelingangen voor de systeemaanroepen van &os; als van
&linux;: bestandssysteembewerkingen, bewerkingen op het
virtuële geheugen, signaalaflevering, System V IPC,
enzovoort. Het enige verschil is dat &os;-binairen de
lijm functies voor &os; krijgen en dat de
&linux;-binairen de lijm-functies voor
&linux; krijgen (de meeste oudere besturingssystemen hadden
alleen hun eigen lijm-functies: adressen
van functies die in een statische globale
sysent[] structuurarray werden opgeslagen,
in plaats van adressen van functies waarvan dynamisch een
geïnitialiseerde pointer wordt verwijderd in de
proc-structuur van het proces dat de aanroep
doet).Welke is de eigenlijke &os; ABI? Dat maakt niet uit.
Eigenlijk is het enige verschil dat (op dit moment; dit kan
eenvoudig veranderen in een toekomstige uitgave, en dat gebeurt
waarschijnlijk na deze uitgave) de
lijm-functies van &os; statisch gelinkt
zijn in de kernel en dat de lijm-functies
van &linux; zowel statisch gelinkt kunnen worden als dat ze
door een kernelmodule worden benaderd.Maar is dit nu echt emulatie? Nee. Het is een
ABI-implementatie, geen emulatie. Er is geen emulator (of
simulator, om de volgende vraag voor te zijn) bij
betrokken.Dus waarom wordt het dan soms
&linux;-emulatie genoemd? Om het moeilijk te
maken om &os; te verkopen! Serieus, het is zo omdat de
historische implementatie in een tijd werd gedaan toen er echt
geen ander woord was om te beschrijven wat er aan de hand was,
om te zeggen dat &os; &linux;-binairen draaide was niet waar
als de code niet in de kernel gecompileerd werd of als een
module geladen werd en er moest een woord zijn voor hetgeen
geladen werd. Vandaar de &linux;-emulator.